In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 19 april 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Den Haag van 7 juni 2019. De verdachte, geboren in 1983, was eerder veroordeeld tot een gevangenisstraf van tien maanden voor de handel in Kamagra-pillen, een geneesmiddel waarvoor geen handelsvergunning was afgegeven, en gewoontewitwassen. De advocaat-generaal had in hoger beroep een taakstraf van 240 uren en een voorwaardelijke gevangenisstraf van zes maanden geëist. De raadsvrouw pleitte voor een lagere taakstraf en geen voorwaardelijke gevangenisstraf.
Het hof heeft de ernst van de feiten en de omstandigheden waaronder deze zijn begaan in overweging genomen. De verdachte had zich gedurende meer dan een jaar schuldig gemaakt aan de handel in Kamagra-pillen, waarbij hij gebruik maakte van websites en bankrekeningen op naam van anderen om zijn identiteit te verbergen. Het hof oordeelde dat de verdachte zijn eigen financieel gewin boven de gezondheid van de kopers had gesteld, wat een ernstige bedreiging voor de volksgezondheid vormt. Bovendien had hij een gewoonte van witwassen ontwikkeld, wat de legale economie in gevaar brengt.
Het hof heeft vastgesteld dat de redelijke termijn voor de afhandeling van de zaak fors is overschreden, wat heeft geleid tot de beslissing om een andere straf op te leggen dan gebruikelijk is. In plaats van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf, heeft het hof een taakstraf van 240 uren opgelegd, met inachtneming van de tijd die de verdachte in voorarrest heeft doorgebracht. Het hof heeft het vonnis van de rechtbank voor wat betreft de straf vernietigd en de overige onderdelen van het vonnis bevestigd.