ECLI:NL:GHAMS:2023:3616

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
4 oktober 2023
Publicatiedatum
24 januari 2024
Zaaknummer
23-000988-212
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie wegens overlijden van de verdachte

In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 20 september 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De verdachte, geboren in 1993, is op 18 mei 2022 overleden. Het Openbaar Ministerie heeft het hof op 4 september 2023 geïnformeerd over het overlijden van de verdachte en heeft verzocht om niet-ontvankelijkheid in de vervolging. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte inderdaad is overleden, ondanks het ontbreken van een akte van overlijden. Op basis van artikel 69 van het Wetboek van Strafrecht is het recht tot strafvordering tegen de verdachte vervallen. Het hof heeft het vonnis waarvan beroep vernietigd en het Openbaar Ministerie niet-ontvankelijk verklaard in zijn strafvervolging. De uitspraak is gedaan door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof, waarin drie rechters zitting hadden. De beslissing is genomen in het openbaar en is op dezelfde datum uitgesproken.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-000988-22
datum uitspraak: 20 september 2023
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam van 5 april 2022 in de strafzaak onder parketnummer
13-081927-22 tegen
[verdachte01],
geboren te [geboorteplaats01] (Land onbekend) op [geboortedatum01] 1993,
adres: zonder bekende woon- of verblijfplaats.

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van
20 september 2023 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.
Namens de verdachte is hoger beroep ingesteld tegen voormeld vonnis.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, inhoudende dat het Openbaar Ministerie niet-ontvankelijk wordt verklaard in zijn vervolging.

Ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie

Het Openbaar Ministerie heeft het hof op 4 september 2023 een de verdachte betreffend SDKB-informatiestaat van voornoemde datum toegezonden, waaruit blijkt dat de verdachte op 18 mei 2022 is overleden. In aanvulling daarop heeft het Openbaar Ministerie het hof op 19 september 2023 een bericht van de Vreemdelingenpolitie en de politie Roermond toegezonden, waaruit eveneens blijkt dat de verdachte op [datum] 2022 is overleden. Naar het oordeel van het hof kan op basis hiervan genoegzaam worden vastgesteld dat de verdachte inderdaad is overleden, ondanks het ontbreken van een akte van overlijden.
Ingevolge artikel 69 van het Wetboek van Strafrecht is het recht tot strafvordering tegen deze verdachte vervallen en dient het Openbaar Ministerie - overeenkomstig de vordering van de
advocaat-generaal - niet-ontvankelijk te worden verklaard in de vervolging van de verdachte.

Vonnis waarvan beroep

Het vonnis waarvan beroep zal worden vernietigd, omdat het hof tot een andere beslissing komt dan de rechtbank.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart het openbaar ministerie ter zake van het tenlastegelegde niet-ontvankelijk in zijn strafvervolging.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. M.J.A. Duker, mr. N. van der Wijngaart en mr. N.E. Kwak, in tegenwoordigheid van
mr. L.M. van Leeuwen, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 20 september 2023.
mr. M.J.A. Duker en mr. N. van der Wijngaart zijn buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.