3.1.Het gaat in deze zaak om het volgende.
( i) [appellant] heeft sinds 21 december 2021 van De Key de woning aan de [A-straat] te [plaats] gehuurd.
(ii) De Key heeft op 7 maart 2022 [appellant] gedagvaard in kort geding en ontruiming van deze woning gevorderd in verband met door [appellant] veroorzaakte overlast.
(iii) Na het aanspannen van het kort geding is [appellant] op zoek gegaan naar een andere woning via de website www.studentenwoningweb.nl. [appellant] heeft gereageerd op de woning van De Key aan de [B-straat] te [plaats] en is eerste kandidaat voor deze woning geworden. [appellant] heeft online de gevraagde gegevens aangeleverd.
(iv) Bij e-mail van 29 maart 2022 heeft [appellant] van De Key de bevestiging ontvangen dat de huurovereenkomst was ondertekend en dat hij de sleutels op 30 maart 2022 kon komen ophalen. De ingangsdatum van deze huurovereenkomst zou zijn 28 maart 2022.
( v) Bij e-mail van 1 april 2022 heeft [appellant] aan [X] , een medewerkster van De Key die betrokken was bij het overlastdossier, onder meer geschreven:
“(…)
Ik wilde graag laten weten dat ik een nieuwe woonplek heb gevonden. Echter is dit weer een studentenwoning van de Key. Dit maal in een ander stadsdeel, maar nog steeds van de Key. Hierdoor blijf ik een probleem voor de Key, en ondanks dat ik anders aangeef, zal de overlast zich dan gaan voortzetten op de andere plek, maar ditmaal tussen de studenten.
(…)
Omdat ik nog herstellende ben van mijn psychische klachten van afgelopen jaar, (…) geeft een verhuizing nu zo veel stress dat dit maakt dat mijn psychische klachten toenemen. Dit is voor iedereen ongunstig.
Ik wilde daarom graag een voorstel doen. (…) En omdat ik binnen de organisatie blijf huren en ik nog ziek thuis zit, zouden we ook de ontruiming kunnen laten zitten. (…)”
(vi) In haar reactie van 2 april 2022 heeft [X] aan [appellant] onder meer geschreven:
“(…)
We zijn er inmiddels achter dat je weer een andere woning hebt gehuurd bij De Key. Je begrijpt natuurlijk wel dat dat de bedoeling niet is. (…)”
(vii) Bij e-mail van 4 april 2022 heeft [Y] , projectmedewerker bij De Key, aan [appellant] onder meer geschreven:
“(…)
U heeft de afgelopen periode veelvuldig contact gehad met Lieven de Key en u weet dat u door Lieven de Key gedagvaard bent vanwege de overlast. U heeft dit naar onze medewerkers van de afdeling Studentenhuisvesting verzwegen ondanks dat u wist of heeft moeten begrijpen dat Lieven de Key geen nieuwe huurovereenkomst met u zou willen aangaan indien u open en eerlijk zou zijn geweest.
Lieven de Key is een grote organisatie en niet bij iedereen is bekend – mede omwille van de privacy – dat er een overlastdossier loopt. Lieven de Key vernietigt daarom de huurovereenkomst op grond van dwaling / bedrog. Wij zullen de sleutels van de [B-straat] daarom
nietaan u geven. (…)”
(viii) [appellant] heeft diezelfde dag per e-mail bezwaar gemaakt tegen de vernietiging van de huurovereenkomst.
(ix) Bij vonnis van 16 mei 2022 heeft de kantonrechter in de rechtbank Amsterdam de vordering tot ontruiming van de woning aan de [A-straat] toegewezen.
( x) Het vonnis is op 23 mei 2022 betekend aan [appellant] en de woning aan de [A-straat] is op 2 juni 2022 ontruimd.
Procedure in eerste aanleg