Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.Het geding in hoger beroep
2.Feiten
“
Over de jaren 2018, 2019 en 2020, sloten wij een overeenkomst voor een geldlening ter hoogte van € 14.702,15. Wij spraken af dat u mij maandelijks €250,00 zou terugbetalen (…)
- betalen belastingaanslagen over de jaren 2012 en 2019
- [naam] advocaat over het jaar 2018 (verschillende rekeningen)
- [bedrijf 1] , taxatie woning over het jaar 2018
- [bedrijf 2] , aanschaf auto, 2020
- [bedrijf 3] , overschrijving woning (2 rekeningen)
3.Beoordeling
grief 1heeft [appellante] aangevoerd dat er geen sprake is van andere leningsovereen-komsten dan de tussen partijen gesloten leningsovereenkomst van 14 september 2019. Volgens [appellante] was de relatie tussen haar en [geïntimeerde] zodanig dat [geïntimeerde] graag bereid was om [appellante] bij te staan. [appellante] en haar ouders deden ook veel voor [geïntimeerde] . Er is nimmer overeengekomen dat de door [geïntimeerde] in de periode 2015-2018 betaalde rekeningen leningen zouden zijn, laat staan dat er afspraken zijn gemaakt over afbetalingen en rente. Toen [geïntimeerde] van mening was dat er een leningsovereenkomst diende te worden gesloten heeft zij dit op 14 september 2019 schriftelijk gedaan. Zij heeft geen andere leningen in de overeenkomst opgenomen, wat zij wel had kunnen doen als zij van mening was dat er andere leningen waren. [geïntimeerde] heeft uit rancune over de verbroken sociale relatie tussen partijen met terugwerkende kracht gesteld dat betalingen die door haar zijn gedaan opeens leningen zouden zijn. [appellante] betwist het bestaan van leningsovereenkomsten over de periode 2015 tot en met 2018 en in de periode daarvoor.
grief 2heeft [appellante] aangevoerd dat op het geleende bedrag van € 4.148,00 dat zij aan [geïntimeerde] verschuldigd is een bedrag van € 600,00 in mindering dient te worden gebracht. [appellante] stelt daartoe dat zij tweemaal een bedrag van € 300,00 in mindering op de lening aan [geïntimeerde] heeft betaald.
4.Beslissing
L.C. Heuveling van Beek en door de rolraadsheer in het openbaar uitgesproken op