ECLI:NL:GHAMS:2023:2083
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van de verdachte in hoger beroep wegens gebrek aan grieven
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 24 augustus 2023 uitspraak gedaan in het hoger beroep van een verdachte, geboren in 2004, die zonder bekende woon- of verblijfplaats is. Het hoger beroep was ingesteld tegen een vonnis van de kinderrechter in de rechtbank Amsterdam, dat op 20 juni 2023 was gewezen. De verdachte had geen gemachtigde raadsman en er was geen schriftelijke indiening van grieven of mondelinge bezwaren tegen het vonnis. De advocaat-generaal had verzocht om de niet-ontvankelijkheid van de verdachte in het hoger beroep. Het hof heeft vastgesteld dat er geen rechtens te respecteren belang was dat een onderzoek van de zaak rechtvaardigde. Op basis van artikel 416, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering heeft het hof de verdachte niet-ontvankelijk verklaard in het hoger beroep. De uitspraak is gedaan door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, met de betrokken rechters en griffier aanwezig. De voorzitter en de jongste raadsheer waren buiten staat om het arrest mede te ondertekenen.