ECLI:NL:GHAMS:2022:3194

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
8 november 2022
Publicatiedatum
10 november 2022
Zaaknummer
000687-22 (552a Sv)
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Raadkamer
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beslissing over klaagschrift inzake inbeslaggenomen riem met Hells Angels gesp

In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 8 november 2022 uitspraak gedaan op een klaagschrift dat was ingediend door klager, geboren in 1952, met betrekking tot de teruggave van een riem met een Hells Angels gesp. Het klaagschrift was ingediend op 25 juli 2022 en betreft een beslag dat was gelegd op grond van artikel 94 van het Wetboek van Strafvordering (Sv). Klager was eerder veroordeeld tot een gevangenisstraf van 20 maanden, waarvan 5 maanden voorwaardelijk, in een strafzaak die onherroepelijk was geworden na afwijzing van zijn cassatieberoep door de Hoge Raad op 5 juli 2022.

Het hof heeft vastgesteld dat de riem niet op de beslaglijst stond die door het openbaar ministerie was verstrekt, en dat er geen machtiging tot vernietiging van de riem was afgegeven. De advocaat-generaal had betoogd dat het beslag was geëindigd door vernietiging en dat klager niet-ontvankelijk moest worden verklaard, maar het hof oordeelde dat er geen strafvorderlijk belang was dat zich tegen teruggave van de riem verzette. Het hof concludeerde dat het bezit van de riem geen strijd opleverde met de wet of het algemeen belang, aangezien het goed binnenshuis werd bewaard en niet werd gedragen door klager.

Uiteindelijk heeft het hof het klaagschrift ongegrond verklaard, met de overweging dat er geen reden was om aan te nemen dat de riem anders zou zijn behandeld dan andere verbeurd verklaarde Hells Angels kledingstukken, die wel op de beslaglijst stonden. De beschikking is gegeven door de meervoudige raadkamer van het Gerechtshof Amsterdam en is ondertekend door de voorzitter en de griffier.

Uitspraak

beschikking
GERECHTSHOF AMSTERDAM
rekestnummer: 000687-22 (552a Sv)
parketnummer in hoger beroep: 23-002771-18
Beschikking op het klaagschrift op de voet van artikel 552a van het Wetboek van Strafvordering (Sv) van:
[klager01] ,
geboren te [geboorteplaats01] op [geboortedatum01] 1952,
domicilie kiezende ten kantore van zijn advocaat, mr. C. Stroobach,
Verrijn Stuartweg 1, 1112 AW te Diemen.

1.Inhoud klaagschriftHet klaagschrift strekt tot opheffing van het beslag met last tot teruggave aan klager van een riem met een Hells Angels gesp.

2.2. ProcesgangHet klaagschrift is op 25 juli 2022 bij het hof ingekomen.

Op 19 oktober 2022 heeft de advocaat-generaal het standpunt van het openbaar ministerie kenbaar gemaakt.
Het hof heeft kennisgenomen van de relevante stukken in de strafzaak onder bovengenoemd parketnummer en heeft de advocaat-generaal, klager en de raadsman van klager op 25 oktober 2022 ter gelegenheid van de openbare behandeling van het klaagschrift in raadkamer gehoord.

3.3. Beoordeling

Het beslag is onder klager gelegd op grond van artikel 94 Sv in de strafzaak met voormeld parketnummer.
Bij arrest van 10 maart 2021 is klager is in de strafzaak met voormeld parketnummer door dit gerechtshof veroordeeld ter zake van deelneming aan een organisatie die tot oogmerk heeft het plegen van misdrijven tot een gevangenisstraf voor de duur van 20 maanden, waarvan 5 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren en met aftrek van het voorarrest. Klager heeft tegen dit arrest beroep in cassatie ingesteld. De Hoge Raad heeft op 5 juli 2022 het cassatieberoep verworpen. De uitspraak van dit gerechtshof van 10 maart 2021 is daarmee onherroepelijk geworden.
De raadsman van klager heeft teruggave bepleit van de inbeslaggenomen riem met een Hells Angels gesp aan klager. Het argument van het openbaar ministerie dat het beslag is geëindigd door vernietiging en dat klager niet-ontvankelijk moet worden verklaard treft geen doel, nu uit de stukken niet is gebleken dat er een machtiging tot vernietiging ex artikel 117 Sv is. Geen enkel strafvorderlijk belang verzet zich verder tegen teruggave van het goed. Het beslag hoeft niet langer voort te duren in het kader van de waarheidsvinding, noch voor verhaal te dienen, nu de onderhavige strafzaak inmiddels onherroepelijk is. Evenmin levert het bezit van voornoemd goed strijd op met het algemeen belang, dan wel de wet (vlg. ECLI:NL:RBNHO:2021:9123). Het goed werd immers binnenshuis bewaard en niet gedragen door klager. Met het bezit werden geen strafbare gedragingen aangemoedigd. Het goed is bovendien van een andere aard dan de patches of colours die het hof verbeurd heeft verklaard. Tot slot is het bezit van het goed geen voorzetting van een verboden organisatie en levert het bezit geen strijd op met de openbare orde in de zin van artikel 140 lid 2 Sv.
De advocaat-generaal heeft zich op het standpunt gesteld dat het beklag ongegrond moet worden verklaard. De riem kan niet worden teruggegeven, omdat deze is vernietigd. Wanneer dit wel had gekund dan moest de riem worden onttrokken aan het verkeer, nu de Hoge Raad inmiddels onherroepelijk heeft geoordeeld dat de Hells Angels een verboden criminele organisatie is (vlg. ECLI:NL:HR:2022:1114).
Het hof is van oordeel dat klager ontvankelijk is, nu het hof niet heeft kunnen vaststellen dat er een machtiging tot vernietiging ex artikel 117 Sv is.
In de onderhavige strafzaak – die inmiddels onherroepelijk is – is ter terechtzitting in hoger beroep niet beslist op de inbeslaggenomen riem met de Hells Angels gesp, nu deze niet op de beslaglijst stond die door het openbaar ministerie is verstrekt, waarop de goederen stonden waarop moest worden besloten ter terechtzitting. Bij arrest in hoger beroep is besloten diverse andere Hells Angels (kleding)goederen, die wel waren vermeld op genoemde beslaglijst, verbeurd te verklaren.
Het hof is van oordeel dat geen reden is om aan te nemen dat ter terechtzitting in hoger beroep met betrekking tot de onderhavige riem met de Hells Angels gesp, ware deze ook op de beslaglijst vermeld, anders was besloten dan met betrekking tot de andere verbeurdverklaarde Hells Angels (kleding)goederen. Het beklag is dan ook ongegrond.

4.4. BeslissingHet hof:

Verklaart het klaagschrift ongegrond
Beveelt de onverwijlde betekening van deze beschikking aan klager.
Deze beschikking is gegeven door de meervoudige raadkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mrs. F.A. Hartsuiker, P.F.E. Geerlings en R. Oude Breuil, in tegenwoordigheid van mr. M.E. de Waard als griffier, is ondertekend door de voorzitter en de griffier en is uitgesproken op de openbare zitting van dit hof van 8 november 2022.