ECLI:NL:GHAMS:2022:2922
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake tekortkoming huurder en ontbinding huurovereenkomst met betrekking tot sociale huurwoning
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van Rappange Administratie B.V. tegen een vonnis van de kantonrechter in Amsterdam, waarin de huurovereenkomst met [geïntimeerde] niet werd ontbonden. Rappange stelt dat [geïntimeerde] tekort is geschoten in zijn verplichtingen uit de huurovereenkomst door derden de woning te laten gebruiken en hennep-gerelateerde activiteiten te ontplooien. De kantonrechter heeft geoordeeld dat, hoewel [geïntimeerde] tekort is geschoten, de tekortkomingen niet ernstig genoeg zijn voor ontbinding van de huurovereenkomst, mede gezien de gevolgen voor [geïntimeerde] en zijn minderjarige kinderen. Rappange heeft in hoger beroep zes grieven ingediend, terwijl [geïntimeerde] in incidenteel appel één grief heeft ingediend. Het hof heeft de grieven van Rappange verworpen en het vonnis van de kantonrechter bekrachtigd, waarbij het hof oordeelt dat de tekortkomingen van [geïntimeerde] niet van voldoende gewicht zijn om ontbinding te rechtvaardigen. Het hof heeft ook geoordeeld dat Rappange niet kan aanspraak maken op vergoeding van de kosten van het onderzoek door PSG, omdat de noodzaak daartoe onvoldoende is onderbouwd. De proceskosten zijn gecompenseerd.