ECLI:NL:GHAMS:2022:1590

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
24 maart 2022
Publicatiedatum
25 mei 2022
Zaaknummer
23-002442-21
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bevestiging vonnis in hoger beroep met betrekking tot beslag in strafzaak

Op 24 maart 2022 heeft het Gerechtshof Amsterdam uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Amsterdam, dat op 25 augustus 2021 was gewezen in de strafzaak met de parketnummers 13-234291-20 en 13-099961-19. De verdachte, geboren in 2001, had hoger beroep ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank. Tijdens de zitting op 10 maart 2022 heeft het hof de vordering van de advocaat-generaal gehoord, die heeft verzocht om bevestiging van het vonnis waarvan beroep. Het hof heeft de argumenten van de raadsman in overweging genomen, maar heeft besloten het vonnis te bevestigen, met uitzondering van de beslissing over het beslag.

Het hof heeft het vonnis waarvan beroep bevestigd, met inachtneming van de overwegingen die tijdens de zitting zijn besproken. Daarnaast heeft het hof een beslissing genomen over het in beslag genomen voorwerp, een plastic zakje, dat nog niet was teruggegeven aan de rechthebbende. Het hof heeft gelast dat dit voorwerp bewaard blijft ten behoeve van de rechthebbende. De uitspraak is gedaan door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof, waarin drie rechters zitting hadden. Mr. M.K. Durdu-Agema was niet in staat om het arrest mede te ondertekenen.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-002442-21
datum uitspraak: 24 maart 2022
TEGENSPRAAK (gemachtigde raadsman)
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Amsterdam van 25 augustus 2021 in de strafzaak onder de parketnummers 13-234291-20 en 13-099961-19 (TUL) tegen:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 2001,
adres: [adres].

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 10 maart 2022 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.
Namens de verdachte is hoger beroep ingesteld tegen voormeld vonnis.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door de raadsman naar voren is gebracht.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof het vonnis waarvan beroep zal bevestigen.

Vonnis waarvan beroep

Het hof verenigt zich met het vonnis waarvan beroep en zal dit derhalve bevestigen met dien verstande dat het hof een beslissing neemt ten aanzien van het beslag.

BESLISSING

Het hof:
Bevestigt het vonnis waarvan beroep met inachtneming van het hiervoor overwogene.
Gelast de bewaring ten behoeve van de rechthebbendevan het in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerp, te weten:
1 STK Plasticzakje (omschrijving: 5980377, Hoesje).
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. M.J.A. Duker, mr. S.M.M. Bordenga en mr. M.K. Durdu-Agema, in tegenwoordigheid van mr. F. van den Brink, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 24 maart 2022.
Mr. M.K. Durdu-Agema is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.