2.5.In zijn brief van 14 mei 2021 heeft de heffingsambtenaar de volgende toelichting op de grondstaffel gegeven:
“De in het waarderapport gebruikte grondstaffels is niet (mede) het resultaat zijn van een geautomatiseerd proces of is niet uitsluitend gebaseerd op door een taxateur beoordeelde grondtransacties.
Geautomatiseerde waardebepaling
Om de waarde van vastgoed te bepalen bestaan er verschillende methodes. Een belangrijke factor hierbij is de aanwezigheid van referentieobjecten. Wanneer de aard van objecten relatief homogeen is, dus wanneer de eigenschappen van de objecten overeenkomstige kenmerken hebben, kan de marktwaarde betrouwbaar worden berekend door middel van de comparatieve benadering. Dit is bij de waardering van woningen veelal het geval.
Er zijn verschillende manieren om een modelmatige waardebepaling op basis van de comparatieve benadering uit te voeren. In hoofdzaak gaat het om ‘het berekenen van een waarde voor een woning door een directe vergelijking met een verkochte woning, een rekenkundige formule of een combinatie van beide’. Hiervoor zijn computersystemen beschikbaar die geautomatiseerd ‘zelfstandig’ de waarde kunnen bepalen met een bekende precisie (AVM’s; Automated Valuation Models) en computersystemen die ‘helpen’ bij het waarderen van grote aantallen objecten (CAMA’s; Computer Assisted Mass Appraisal).
De Waarderingskamer heeft richtlijnen voor de uitvoering van de Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ) in de Waarderingsinstructie beschreven. Per 1 januari 2017 is deze meest recente versie gepresenteerd. In hoofdstuk 2 van deze instructie wordt het proces beschreven om te komen tot WOZ-waarden voor woningen die aansluiten op de marktwaarde rond de waardepeildatum. Dit proces start met de permanente marktanalyse. Op basis van de conclusies uit de permanente marktanalyse wordt met behulp van een geautomatiseerd taxatiesysteem, een taxatiemodel ingericht.
Hierbij kan gekozen worden uit verschillende typen taxatiemodellen. Bij de keuze spelen aspecten als de samenstelling van de woningvoorraad (bijvoorbeeld homogeen of juist niet), de beschikbaarheid van marktgegevens en de aanwezige kennis binnen de gemeenschappelijke organisatie een rol. In de praktijk worden er allerlei mengvormen van deze vier ideaaltypen toegepast:
Taxatiemodellen met een groepsgewijze benadering waarbij de taxaties zijn gebaseerd op een beperkt aantal (tien of minder) onderbouwde verkoopcijfers met de verkoopcijfers in de regel ook zoveel mogelijk binnen de groep.
Taxatiemodellen met een groepsgewijze benadering waarbij de taxaties zijn gebaseerd op meer dan tien onderbouwende verkoopcijfers met ook expliciet aandacht voor de verkoopcijfers buiten de groep.
Taxatiemodellen met een berekening gebaseerd op extern bepaalde kengetallen en waarbij de berekening van de waarde per afzonderlijk object plaats vindt.
Taxatiemodellen met een strategische benadering. Deze modellen maken veelal gebruik van een op regressieanalyse gebaseerde benadering.
(bron: pag. 35 van de Waarderingsinstructie, zie
https://www.waarderingskamer.nl/fileadmin/publiekportaal/documents/public/tabblad-publicaties/Waarderingsinstructie_2018_09_17.pdf).
Een geautomatiseerd waarderingsmodel (AVM; Automated Valuation Model) waarbij een computer software programma met wiskundige grondslag een schatting van de marktwaarde geeft, gebaseerd op marktanalyse van de locatie, marktcondities en vastgoedkenmerken op basis van informatie die voorafgaand en zelfstandig is verzameld sluit aan bij het hiervoor genoemde type d.
Bij de waardebepaling door GBKZ is
geengeautomatiseerd waarderingsmodel (AVM) gehanteerd. Er is bij de WOZ-waardebepaling door GBKZ sprake van een hybride bulkwaardering waarbij het proces van het waarderen van een groep objecten op een bepaalde datum, gebruikmakend van gemeenschappelijke data, gestandaardiseerde methoden en statistische toetsen is toegepast (Computer Assisted Mass Appraisal (CAMA)), uitgevoerd door NRVT-gecertificeerde taxateurs. Hierdoor ontstaat een bulkwaardering op basis van een model met een individuele benadering, die recht doet aan de individuele kenmerken van ieder object en/of locatie. Dit betreft een mengvorm die in hoofdzaak aansluit bij het hiervoor genoemde type a.
Prijs per vierkante meter
Ik acht het niet in overeenstemming met artikel 17, lid 2, van de Wet WOZ en evenmin mogelijk om de marktwaarde van onzelfstandige onderdelen van een onroerende zaak te bepalen. Het aan de bij een te waarderen object en/of de bij een vergelijkingsobject behorende grond toerekenbare deel van de waarde of verkooprijs van dat object, is dan ook niet gelijk aan de marktwaarde van die grond en kan dat ook niet zijn, omdat er geen markt is waar bij woningen behorende grond zelfstandig, dat wil zeggen los van de woning, wordt verhandeld. Dat neemt niet weg dat op basis van andere marktgegevens, zoals de verkoopprijzen van met te waarderen woningen vergelijkbare woningen, de uitgifteprijzen van bouwgrond met een woonbestemming en gerealiseerde prijzen van bouwgrond, een bij de herleiding van waarden uit verkoopcijfers bruikbare grondstaffel kan worden opgesteld.
De door GBKZ gebruikte grondstaffel wordt periodiek getoetst aan c.q. wordt afgeleid van gerealiseerde verkoopprijzen van percelen grond rond de waardepeildatum. In dit geval gaat het om:
Straatnaam
Huisnummer
Grondoppervlakte
Datum transactie
Transactieprijs
Prijs per m2
[D-straat]
17
186
29-12-2017
€ 300.000,-
€ 1.613,-
[D-straat]
15
186
25-10-2017
€ 337.500,-
€ 1.815,-
[D-straat]
9
188
23-10-2017
€ 340.000,-
€ 1.809,-
[D-straat]
7
189
16-10-2017
€ 340.000,-
€ 1.799,-
[E-straat]
38
257
03-04-2017
€ 400.000,-
€ 1.556,-
[E-straat]
40
385
13-03-2017
€ 467.000,-
€ 1.213,-
[E-straat]
36
429
05-04-2017
€ 480.000,-
€ 1.119,-
De onderhavige woning heeft een perceel van 304 m2. Op basis van de verkoopprijzen van de percelen grond ligt de m2-prijs ergens tussen de € 1.213,- en € 1.556,-.
De door [belanghebbende] gebruikte € 720,- per m2 is daarom te laag.
Uit de door GBKZ gebruikte grondstaffel volgt een waarde van (€ 414.784,- / 304 m2 =) € 1.364,- gemiddeld.
Gelet hierop kon bij de herleiding van de waarde van de woning uit de verkoopprijzen van de vergelijkingsobjecten worden uitgegaan van de in de grondstaffel vermelde rekenprijzen per m2 grond, die voor zowel de woning als de vergelijkingsobjecten gelijk is.”