Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Tenlastelegging
hij op of omstreeks 15 december 2018 te Amsterdam tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een horloge van het merk Hublot, in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde, te weten aan [slachtoffer 1], heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
hij op of omstreeks 14 december 2018 te Amsterdam tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
hij op of omstreeks 15 december 2018 te Amsterdam, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een of meerdere goed(eren), te weten
hij op of omstreeks 15 december 2018 te Amsterdam, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een goed, te weten
hij op of omstreeks 23 maart 2018 te Amsterdam
hij op of omstreeks 21 oktober 2017 te Amsterdam
Vrijspraak
screenshotsvan deze beelden bevinden. Met de raadsman is het hof van oordeel dat deze
screenshotsvan een dusdanige slechte kwaliteit zijn dat er een gerede kans is dat een herkenning op basis van deze beelden niet betrouwbaar is. Daarmee komt het hof tot het oordeel dat de verdachte bij gebrek aan ander wettig en overtuigend bewijs van de hem ten laste gelegde diefstal op 21 oktober 2017 zal dienen te worden vrijgesproken.
Bewijsoverweging
Bewezenverklaring
hij op 15 december 2018 te Amsterdam tezamen en in vereniging met een ander een horloge van het merk Hublot dat aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader toebehoorde, heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
hij op 14 december 2018 te Amsterdam tezamen en in vereniging met een ander,
hij op 23 maart 2018 te Amsterdam
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde]
€ 400,00 voor materiële schade en voor het overige niet-ontvankelijk verklaard. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep niet opnieuw gevoegd. Het hof heeft in hoger beroep te oordelen over de gevorderde schadevergoeding voor zover deze in eerste aanleg is toegewezen.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
6 (zes) maanden.
teruggaveaan de verdachte van het in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerp, te weten:
€ 400,00 (vierhonderd euro) ter zake van materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.