Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Tenlastelegging
hij op of omstreeks 1 maart 2018 te Amsterdam, althans in Nederland, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om [benadeelde] opzettelijk van het leven te beroven,
hij op of omstreeks 1 maart 2018 te Amsterdam, althans in Nederland, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om aan [benadeelde] opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen - meermalen (met verhoogde snelheid) met een auto is ingereden op voornoemde [benadeelde] en/of
hij op of omstreeks 1 maart 2018 te Amsterdam, althans in Nederland, [benadeelde] heeft mishandeld door (met verhoogde snelheid) voornoemde [benadeelde] van de motorkap van de auto die hij, verdachte, bestuurde, af te slingeren;
hij op of omstreeks 1 maart 2018 te Amsterdam, althans in Nederland, [benadeelde] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of met zware mishandeling, door (meermalen) met een auto (met verhoogde snelheid) op voornoemde [benadeelde] in te rijden.
Vonnis waarvan beroep
Feiten en omstandigheden
Vrijspraak feit 1 primair; poging doodslag
Bewijsoverweging feit 1 subsidiair; poging toebrengen zwaar lichamelijk letsel
Vrijspraak feit 2; bedreiging
Bewezenverklaring
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde en de verdachte
Oplegging van straffen
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde]
€ 2.000,00 als immateriële schadevergoeding. De vordering is voor het overige niet-ontvankelijk verklaard. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep opnieuw gevoegd voor het bedrag van de oorspronkelijke vordering.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
2 (twee) maanden.
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt of de verdachte gedurende de proeftijd van 2 (twee) jaren ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit geen medewerking heeft verleend aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of geen identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage heeft aangeboden of geen medewerking heeft verleend aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclasseringsinstelling zo vaak en zolang als de reclasseringsinstelling dit noodzakelijk acht daaronder begrepen, dan wel de hierna te noemen bijzondere voorwaarden niet heeft nageleefd.
taakstrafvoor de duur van
140 (honderdveertig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
70 (zeventig) dagen hechtenis.