ECLI:NL:GHAMS:2021:485
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- H.T. van der Meer
- C.H.M. van Altena
- T.K. Lekkerkerker
- Rechtspraak.nl
Bevestiging van ontzetting uit het ambt van een notaris wegens zorgwekkende financiële situatie en negatieve bewaringsposities
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 23 maart 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beslissing van de kamer voor het notariaat in het ressort Arnhem-Leeuwarden, waarbij de notaris uit zijn ambt is ontzet. De notaris had op 16 maart 2020 beroep aangetekend tegen deze beslissing, die was gebaseerd op meerdere klachten van het Bureau Financieel Toezicht (BFT). De klachten betroffen onder andere een zorgwekkende financiële situatie van de notaris, zowel privé als binnen zijn kantoor, een negatieve bewaringspositie, achterstanden in de afwikkeling van boedeldossiers en royementen. Het hof heeft vastgesteld dat de klachten gegrond zijn en dat de notaris niet in staat is om aan de vereisten van de Wet op het notarisambt (Wna) te voldoen. De kamer had eerder al de maatregel van ontzetting uit het ambt opgelegd, welke het hof nu bevestigt. Het hof oordeelt dat de notaris onvoldoende stappen heeft ondernomen om zijn situatie te verbeteren en dat de opgelegde maatregel passend is. De notaris heeft ter zitting aangegeven dat hij tot zijn zeventigste jaar had willen doorgaan, maar het hof acht dit niet wenselijk gezien de omstandigheden. De beslissing van de kamer wordt onherroepelijk, en de notaris wordt ook veroordeeld tot betaling van de kosten van de behandeling van de klacht in hoger beroep.