ECLI:NL:GHAMS:2021:4352
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Nietigheid van de dagvaarding in hoger beroep wegens niet verschijnen verdachte
Op 10 december 2021 heeft het Gerechtshof Amsterdam uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam, dat op 11 mei 2021 was gewezen. De zaak betreft een verdachte die niet is verschenen op de zitting. De raadsvrouw van de verdachte heeft per e-mailbericht laten weten dat zij door ziekte verhinderd is en dat zij geen contact heeft kunnen opnemen met de verdachte. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte niet gedetineerd is en niet ingeschreven staat in de Basisregistratie Personen in Nederland. Wel blijkt uit gegevens dat de verdachte op 18 oktober 2021 een verblijfadres in Nederland heeft opgegeven.
Het hof heeft verder onderzocht of de dagvaarding voor de zitting op de juiste wijze aan de verdachte is betekend. Uit de beschikbare betekeningsstukken blijkt dat de verdachte niet op het opgegeven adres is gedagvaard. Dit leidt het hof tot de conclusie dat de dagvaarding om in hoger beroep te verschijnen niet op de wettelijk voorgeschreven wijze is uitgereikt. Gezien deze omstandigheden heeft het hof de dagvaarding in hoger beroep nietig verklaard.
De beslissing van het hof is als volgt: het vonnis waarvan beroep wordt vernietigd en de dagvaarding in hoger beroep wordt nietig verklaard. Deze uitspraak is gedaan door de meervoudige strafkamer van het Gerechtshof Amsterdam, met mr. P.C. Verloop als griffier, en is openbaar uitgesproken op 10 december 2021. Mr. P.C. Verloop was echter buiten staat om het arrest te ondertekenen.