Uitspraak
29 oktober 2021 en 1, 2 en 3 november 2021 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.
- een (niet bestickerde/beletterde) bestelbus naar een loods aan [adres 1] te Purmerend te rijden;
- en/of in die loods die bus te beladen met (in (rol)containers en/of dozen verborgen) hoeveelheden van die vermelde middelen als bedoeld in lijst I behorende bij de Opiumwet;
- en/of die bestelbus in die loods te voorzien van een bestickering/belettering (ten name van [bedrijfsnaam 1] );
- en/of (vervolgens) die bestelbus uit die loods te rijden, teneinde koers te zetten naar Engeland).
- een bestelbus naar een loods aan [adres 1] te Purmerend te rijden;
- en in die loods die bus te beladen met in (rol)containers verborgen hoeveelheden van die vermelde middelen;
- en vervolgens die bestelbus uit die loods te rijden, teneinde koers te zetten naar Engeland.
Een proces-verbaal van bevindingen van 25 november 2016, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaren [verbalisant 1] en [verbalisant 2] , zaaksdossier doorgenummerde pagina’s 1-3.Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de bevindingen van voornoemde verbalisanten:
Op 24 november 2016 om 15.20 uur zagen wij, verbalisanten, een wit Mercedes Vito busje rijden voorzien van kenteken [kenteken 1] . Wij zagen dat collega [verbalisant 3] het voertuig een volgteken gaf. Wij zagen dat het voertuig werd stilgezet op [straatnaam 1] te Amsterdam. Wij zijn vervolgens aangesloten bij de controle. Ik, [verbalisant 2] , controleerde samen met [verbalisant 3] de bestuurder en de bestelbus. Wij zagen dat [medeverdachte 1] de bus bestuurde. Wij hoorden bestuurder [medeverdachte 1] verklaren dat hij een aantal dozen zogenaamd Dry Ice vervoerde. Wij zagen dat er achter in de laadruimte van de bus kartonnen dozen stonden met daarin Dry Ice. Ook stonden er een tweetal blauwe rolcontainers in die leeg waren. Wij hoorden dat de bestuurder deze spullen vervoerde voor een bedrijf in Purmerend. Ook vertelde de bestuurder dat er in dit Dry Ice medicijnen werden verpakt en vervoerd naar Engeland. Ik, [verbalisant 1] , zag op het huurcontract dat deze [het hof begrijpt: de voornoemde Mercedes Vito] zou worden bestuurd door [naam 1] . Ik zag tevens dat het rijbewijsnummer van [naam 1] [rijbewijsnummer] was. Ik zag in de politiesystemen dat dit rijbewijsnummer op naam stond van [verdachte] . Wij, verbalisanten, besloten het voertuig te volgen. Wij zagen dat het voertuig naar Purmerend reed en daar een industrieterrein op reed. Wij zagen dat er op [straatnaam 2] contact werd gemaakt met de bestuurder van een klein zwart voertuig, zijnde een Citroen C2 voorzien van kenteken [kenteken 2] . Wij zagen dat de bestuurders van voertuig wisselden. Wij zagen dat de voertuigen gingen rijden. Na een rondje industrieterrein stopten de twee voertuigen. Wij hoorden dat collega [verbalisant 3] de bestuurder van de Mercedes wederom gecontroleerd had en dat er een bestuurder genaamd [verdachte] inzat. Vervolgens hoorden we dat de bestuurder weer was gaan rijden en bij het [naam tankstation] tankstation was gaan staan. Wij zijn ook direct naar de [naam tankstation] gereden en zagen dat de bestuurder van de witte Mercedes na 5 minuten weer ging rijden en dat de bestuurder van het zwarte voertuig, [medeverdachte 1] , achter bleef bij de [naam tankstation] aan [straatnaam 3] .
Wij zagen dat het voertuig [het hof begrijpt: de witte Mercedes Vito] stil stond ter hoogte van een loods op [adres 1] [het hof begrijpt: te Purmerend]. Na ongeveer 15 minuten zagen wij dat de bestuurder van de Mercedes rond liep rond zijn voertuig en wij hadden het idee dat hij keek of hij gevolgd werd. Wij zagen dat er omstreeks 16:30 uur een loodsdeur open ging en dat de Mercedes Vito naar binnen werd gereden. Wij zagen dat de loodsdeur van [adres 1] vervolgens direct werd gesloten. Na ongeveer een halfuur zagen wij dat een persoon de loods verliet. Wij zagen dat dit een man van ongeveer 20 à 25 jaar betrof met een rode pet. Wij zagen dat hij wegreed in een Lexus. Na ongeveer 10 minuten kwam er een Volkswagen Caddy aanrijden en deze stopte voor de loods. Wij zagen dat de persoon die eerder in de Lexus weggereden was, uitstapte uit de Caddy aan de bestuurderszijde. Die persoon bleek later te zijn genaamd [medeverdachte 2] . Wij zagen dat een bijrijder uitstapte en ook naar de loods liep samen met de bestuurder. Wij zagen dat beide mannen de loods inliepen. Wij zagen door de raampjes van de roldeur dat de drie mannen druk heen en weer liepen in de loods. Wij zagen dat er binnen met een heftruck gereden werd.
Nadat wij de loods in totaal ongeveer anderhalf a twee uur geobserveerd hadden zagen wij ineens de roldeur open gaan. Wij zagen dat er om 18:50 uur een witte Mercedes Vito naar buiten kwam rijden. Wij zagen dat het dezelfde Mercedes betrof voorzien van kenteken [kenteken 1] . Hierop zijn wij naar de Mercedes gereden en hebben direct de bestuurder aangesproken. Ik, [verbalisant 2] , vroeg de bestuurder wat hij vervoerde. Ik hoorde hem zeggen dat er achterin zijn bestelbus medicijnen stonden die vervoerd werden naar Engeland. Ik zag daarin [het hof begrijpt: achterin de witte Mercedes Vito] een aantal blauwe rolcontainers die omwikkeld waren met plastic folie. Ook zag ik een sticker op de folie. Ik zag dat deze sticker betrekking had op de gevaarzetting met betrekking tot de dry ice. Collega [verbalisant 3] was ondertussen de loods ingegaan en gaf middels de portofoon aan dat alle personen aangehouden dienden te worden ter zake overtreding van de Opiumwet.
Vervolgens zijn alle verdachten aangehouden.
Verdachte: [verdachte] ;
Verdachte: [medeverdachte 1] .
Een proces-verbaal van bevindingen van 25 november 2016, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 3] , zaaksdossier doorgenummerde pagina’s 4-7.Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de bevindingen van voornoemde verbalisant:
Op 24 november 2016 om 15:25 uur hoorde ik, verbalisant [verbalisant 3] , dat collega’s een wit Mercedes Vito busje zagen rijden voorzien van kenteken [kenteken 1] . Ik hoorde dat het de bedoeling was dit voertuig te controleren. Op donderdag 24 november 2016, omstreeks 15.35 uur heb ik de bestuurder vervolgens staande gehouden op [straatnaam 1] te Amsterdam. De bestuurder gaf mij op te zijn genaamd: [medeverdachte 1]
. Ik vroeg aan de bestuurder of hij de achterzijde van de bestelauto kon openen teneinde ik de laadruimte kon bekijken. Ik zag nadat de bestuurder de laadruimte had geopend dat er ongeveer 10 kartonnen dozen van 40 x 40 x 40 cm in stonden met daarachter 2 blauwe rolcontainers van ongeveer 1.20m lang x 60cm breed x 80cm hoog. Ik heb een doos geopend en zag dat er een witte schuimverpakking in zat met daarop de tekst dry ice/droogijs. Hierop heb ik de deksel gelicht en zag dat er witte rook uit kwam en koude damp, tevens zag ik allemaal kleine stukjes ijs. De blauwe rolcontainers heb ik ook bekeken en bleken leeg te zijn. Ik vroeg aan de bestuurder waar hij heen ging. Hij deelde mij mede dat hij richting Purmerend moest rijden voor een vriend. Ik hoorde dat zijn telefoon over ging en dat hij zijn vriend aan de lijn had. Hij deelde mij mede dat hij een vrachtbrief kon tonen. Ik kreeg de vriend aan de telefoon en deze deelde mede [verdachte] te heten. Hij deelde mede dat hij het ijs gebruikte om medicijnen steriel te verpakken en dan naar Engeland te vervoeren.
Ik hoorde van mijn collega’s dat het voertuig was gestopt, dat er een ontmoeting was met een voertuig met kenteken [kenteken 2] en dat de bestuurders van voertuig wisselden. Ik zag dat beide voertuigen bij een bedrijfspand parkeerden. Ik heb de witte Mercedes staande gehouden. De bestuurder toonde mij een geldig rijbewijs. Hij gaf mij op te zijn genaamd [verdachte] . Hij deelde mede dat hij de huurder was van de witte Mercedes en dat hij medicijnen naar Engeland vervoerde middels de procedure steriel verpakt in droogijs. Ik zag dat de bestuurder [medeverdachte 1] welke ik eerder gecontroleerd had nu in het andere voertuig zat met het kenteken [kenteken 2] .
Ik hoorde dat de collega’s de voertuigen weer volgden en dat deze voertuigen waren gestopt bij het [naam tankstation] tankstation gelegen langs de [straatnaam 3] . Ik hoorde dat de bestuurder van de auto met het kenteken [kenteken 2] bij het tankstation achter bleef. Ik hoorde dat de witte bestelauto over het industrieterrein reed en uiteindelijk stopte op het adres [adres 1] . Na ongeveer
15 minuten hoorde ik dat de bestuurder van het voertuig achteruit het bedrijfspand was binnen gereden en dat de roldeur direct gesloten werd. Het was toen ongeveer 16.30 uur. Na ongeveer anderhalf à twee uur hoorde ik dat de witte bestelauto naar buiten kwam rijden. het was toen ongeveer 18.50 uur. Omstreeks 18.50 uur ben ik te samen met de collega’s direct naar het bedrijfspand gereden. Aldaar hebben wij direct de witte bestelbus staande gehouden terzake de vermoedelijke overtreding van de Opiumwet.
. In het bedrijfspand zag ik lege kartonnen dozen liggen die ik eerder in de witte bestelbus had zien staan. Ik zag ook een middelgrote zwarte vrachtauto in de hoek van dit pand staan. Ik zag dat de vrachtauto alleen toegankelijk was via een zijdeur. Ik vroeg de man of hij deze deur kon openen. Hierop opende hij deze deur. Ik zag dat er in de laadruimte van deze kleine vrachtauto een heleboel kartonnen dozen lagen welke ik eerder had gezien. Ook zag ik veel bigshoppers en zwarte sporttassen liggen. Verder zag ik veel doorzichtige plastic zakken liggen en ik zag sealmachines staan om goederen vacuüm te verpakken. Alle verdachten zijn ter plaatse aangehouden.
Een proces-verbaal aanhouding van 24 november 2016, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaren [verbalisant 4] en [verbalisant 5] , persoonsdossier [medeverdachte 1] doorgenummerde pagina’s 4-5.Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de bevindingen van voornoemde verbalisanten:
Op 24 november 2016 omstreeks 19:30 uur hielden wij, verbalisanten, op de [straatnaam 3] te Purmerend op de parkeerplaats van [naam tankstation] aan de verdachte [medeverdachte 1] . Hij zat achter het stuur van een Citroën met kenteken [kenteken 2] .
Een proces-verbaal van bevindingen van 25 november 2016, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 6] , zaaksdossier doorgenummerde pagina’s 9-10.Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de bevindingen van voornoemde verbalisant:
Ik, [verbalisant 6] , was belast met het onderzoek van een voertuig voorzien van het kenteken
[kenteken 1] . Het betrof een Mercedes Vito, wit van kleur. Ik zag dat op het voorraam een TomTom-navigatie was geplaatst. Voor de bijrijdersstoel stond een sporttas en een blauwe Albert Heijntas. Op het midden van het dashboard was een uitsparing, met daarin diverse A4-papieren. Ik zag dat het vier A4-papieren waren. Ik zag dat op de papieren een Sender, Consignee, place of delivery en dergelijke waren genoteerd. Ook stond erop geschreven ‘3 thermosafe shipper medical goods jetrea insulab optics 885 kgs”. Ik vermoedde dat dit een vrachtbrief was. Hierop heb ik deze papieren in beslag genomen.
Ik zag dat onder de bovenstaande A4-papieren nog een tweetal A4-papieren lagen. Ik zag dat op deze papieren stond geschreven “boekingsbevestiging”. Het betrof een bevestiging van de reservering van de Stena Line boot welke op 24-11-2016 20:45 uur zou vertrekken. Ook zag ik dat op een van de
A4- papieren een onbevestigde boeking stond geschreven voor de retour reis op 25-11-2016. Ik zag dat deze papieren gericht waren aan [bedrijfsnaam 1] t.a.v. [verdachte] . Tevens zag ik het Nederlands kenteken [kenteken 1] en een (1) chauffeur.
Ik zag dat op het scherm van de TomTom een route was gepland. Het scherm was uitgezoomd over diverse landen. Dit betroffen de landen Nederland en Engeland. Ik zag dat er een pijltje op de tekst “Amsterdam” stond. Ik zag dat er een bolletje op de tweede “N” van “Londen” stond. Ik zag dat in de Albert Heijntas een wegenkaart lag. Dit betrof een rode Michelin wegenkaart voor
Groot-Brittannië en Ierland 2016.
Een proces-verbaal van bevindingen van 25 november 2016, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 7] , zaaksdossier doorgenummerde pagina’s 12-13.Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de bevindingen van voornoemde verbalisant:
Op 24 november 2016 heeft een doorzoeking ter inbeslagname plaatsgevonden op het adres
[adres 1] . Tijdens de doorzoeking is het volgende aangetroffen.
Aan de linkerzijde van de loods lag een zwarte sealbag welke was opengesneden. Deze lag in een prullenbak. Binnen in de loods aan de rechterzijde stond een zwarte bestelbus van het merk Volkswagen, voorzien van kenteken [kenteken 3] , welke in beslag is genomen. In de bestelbus lagen brokken vermoedelijk verdovende middelen.
Een proces-verbaal van bevindingen van 31 januari 2017, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 8] , zaaksdossier doorgenummerde pagina’s 14-15.Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de bevindingen van voornoemde verbalisant:
Op 12 december 2016 bevond ik, verbalisant, mij bij het inbeslaggenomen voertuig voorzien van het kenteken [kenteken 3] , een zwarte Volkswagen Crafter. Ik zag dat in de laadruimte onder andere stonden:
Een proces-verbaal bevindingen interpretatie LFO van 27 november 2016, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 9] , zaaksdossier doorgenummerde pagina’s 205-208.Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de bevindingen van voornoemde verbalisant:
Op 24 november 2016 heb ik, [verbalisant 9] , ondersteuning geleverd bij een doorzoeking van een loods gelegen aan [adres 1] , waarbij men in een uit deze loods vandaan komende bestelauto, voorzien van kenteken [kenteken 1] , drie blauwe verrijdbare koelcontainers in de laadruimte heeft aangetroffen.
Ik zag dat er 1 blauwe koelbakcontainer achter de bestelauto geopend op de loodsvloer stond. Ik zag dat de herkenbare witte damp van droogijs in de container hing alsmede in een kruiwagen waar droogijs ingeschept was. Ik zag dat er op de vloer diverse vacuümzakken lagen met resten droogijs en dat hierin bruine kristalachtige brokken zaten alsmede een stapel typische 1 kg pakketten omwikkeld met folie zoals vaak aangetroffen bij onderzoeken waarin 1 kg cocaïne geperste blokken zitten. Ik heb enkele monsters getest van de aangetroffen brokken in de doorzichtige vacuümzakken. Hieruit bleek mij vervolgens dat het hier zeer waarschijnlijk het mij bekende MDMA betrof. Ik rook de mij bekende MDMA-achtige geur bij deze brokken. Vervolgens heb ik enkele van de bekende
1 kg pakken getest waarin zich een wit geperst vierkant blok bevond met de mij eveneens bekende cocaïneachtige geur. Uit deze identificatietesten bleek dat het hier zeer waarschijnlijk cocaïne betrof. Ik zag dat er uit deze eerste koelcontainer de volgende hoeveelheid was genomen:
methamfetamine-base
Een proces-verbaal sporenonderzoek van 24 januari 2017, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 10] , zaaksdossier doorgenummerde pagina’s 209-214.Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de bevindingen van voornoemde verbalisant:
Tijdens een doorzoeking in een loods aan de [adres 1] werden in koelcontainers sealzakken met MDMA brokken en verpakkingen met cocaïne aangetroffen. Deze verpakkingseenheden werden door medewerkers van het LFO landelijk facilitair ontmanteling van de Landelijke Eenheid verpakt in dozen en voorzien van V1A tot en met V1F, V2A tot en met V2F en V3A tot en met V3C.
Verdovende middelenonderzoek MDMA: Ik heb de verpakkingseenheden onderzocht. Van diverse verpakkingseenheden werden monsters genomen, zoals hieronder vermeld.
Een proces-verbaal van bevindingen van 22 mei 2017, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 11] , nazending doorgenummerde pagina’s 33-34.Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de bevindingen van voornoemde verbalisant:
Op 24 november 2017 [het hof begrijpt: 24 november 2016] zijn in de loods aan [adres 1] te Purmerend vanuit een bestelauto voorzien van kenteken [kenteken 1] drie verrijdbare geïsoleerde koelcontainers in beslag genomen. De containers waren gevuld met droogijs waarin meerdere verpakkingen met vermoedelijk verdovende middelen zaten. In totaal is het netto gewicht van het indicatief geteste MDMA 179 kilo en 480 gram en het netto gewicht van de indicatief geteste cocaïne 56 kilo. Van de uit koelcontainer V-3 afkomstige jerrycans met vloeistof is van elke van de
3 jerrycans afzonderlijk een monster opgestuurd naar het NFI. De monsters zijn voorzien van de SIN nummers: AAHU299ONL/V.3.1; AAHU2991 NL/V.3.2; AAHU2992NL/V.3.3.
10.Een geschrift, genaamd ‘rapport identificatie van veel voorkomende drugs’ van23 februari 2017, opgesteld door rapporteur [rapporteur 1] van het Nederlands Forensisch Instituut, nazending doorgenummerde pagina’s 56-57.Dit geschrift houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven:
Een geschrift, genaamd ‘rapport drugsonderzoek aan materialen aangetroffen op de locatie [adres 1] te Purmerend, 24 november 2016’ van 6 april 2017, opgemaakt door rapporteur [rapporteur 2] , nazending doorgenummerde pagina’s 60-63.Dit geschrift houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven:
Resultaten en conclusie:
Een geschrift, genaamd ‘Huurovereenkomst kantoorruimte’, zaaksdossier doorgenummerde pagina’s 306-312.Dit geschrift houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven:
De heer [naam 2] , hierna te noemen ‘verhuurder’ en de heer [medeverdachte 2] , hierna te noemen ‘huurder’ zijn overeengekomen:
Verhuurder verhuurt aan huurder en huurder huurt van verhuurder de bedrijfsruimte (hierna ‘gehuurde’) gelegen aan het [adres 1] Purmerend. Deze huurovereenkomst gaat in op 1-11-2016. De aanvangshuurprijs van het gehuurde bedraagt op de ingangsdatum op jaarbasis € 24.000,-. Aldus opgemaakt en ondertekend te Purmerend, 01/11/2016.
Een proces-verbaal van bevindingen van 28 november 2016, opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 12] , zaaksdossier doorgenummerde pagina’s56-59.Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de bevindingen van voornoemde verbalisant:
Op 25 november 2016 werd door collega [verbalisant 6] een proces-verbaal van bevindingen opgemaakt betreffende papieren aangetroffen in een Mercedes Vito voorzien van het kenteken [kenteken 1] . Op
28 november 2016 werd door mij, verbalisant, nader onderzoek gepleegd aan de in beslag genomen vrachtbrief en de reservering van de Stena Line boot.
VrachtbriefMet betrekking tot de vrachtbrief kan ik het volgende verklaren. Ik zag dat er verschillende vakken op deze brief stonden, elk vak voorzien van een oplopend nummer met hierbij vermeld wat er moet worden ingevuld.
Bij nummer 1. staat ‘Sender’ met hierbij vermeld:
[bedrijfsnaam 2]
[adres 2]
Gorinchem
Nederland
Bij nummer 2. staat ‘Consignee’ met hierbij vermeld:
[bedrijfsnaam 3]
[adres 3]
Birmingham
Bij nummer 3. staat ‘Place of Delivery of the goods’ met hierbij vermeld:
Birmingham United Kingdom
Bij nummer 4. staat ‘Place and Date of taking over the goods’ met hierbij vermeld:
Gorinchem Nederland 24/11/2016
Bij nummer 6, 7, 9 en 9 staat vermeld:
3 thermosafe shipper medical goods jetrea insulab optics
Bij nummer 16. staat ‘Carrier’ en ‘Code of Carrier’ met hierbij vermeld:
[bedrijfsnaam 1]
Nederland
En
[kenteken 1]
Bij nummer 23. staat ‘Tractor License Plate’ met hierbij vermeld:
En
“Trailer License Plate” met hierbij vermeld:
[medeverdachte 1]
Boekingsbevestiging overtocht naar EngelandMet betrekking tot de reservering of boekingsbevestiging kan ik het volgende verklaren. Boven aan de boekingsbevestiging staat een logo met hierin ‘Course Wise 100’ en hieronder ‘WORLD WIDE SHIPPING’. Verder staat erin vermeld: Aan: [bedrijfsnaam 1]
Van: [naam 3] . T.a.v.: [verdachte] . Datum: 23-11-2016. Email: [e-mailadres] . Tijd: 12:32
Verder staat er in vermeld onder nummer 1 dat het de boot betreft van 24-11-2016, Hoek van Holland naar Killingholme te 20:45 uur. Kenteken, lengte en Chauffeur(s), [kenteken 1] , 6,00 mtr en
1 Chauffeur. Rederij en Belangrijke informatie: Stena Line en Geen.
Een proces-verbaal van 11 januari 2017, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaren [verbalisant 13] en [verbalisant 14] , zaaksdossier doorgenummerde pagina’s 100-102.Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de bevindingen van voornoemde verbalisanten:
Op 11 januari 2017 hebben wij, verbalisanten, bij het autoverhuurbedrijf [bedrijfsnaam 4] gesproken met baliemedewerker [naam 4] en bedrijfsleider [naam 5] . Uit huurovereenkomsten bleek dat op naam van [bedrijfsnaam 1] [verdachte] meerdere malen de Mercedes Vito met het kenteken [kenteken 1] heeft gehuurd, waaronder in de periode 25-10-’16 – 30-11-‘16.
Ten aanzien van verdachte [verdachte] verklaarden de medewerkers van [bedrijfsnaam 4] dat [verdachte] een vaste klant is die elke week standaard een voertuig huurt, vanaf donderdag tot en met maandag. Bij [bedrijfsnaam 4] is bekend dat [verdachte] met grote voorkeur een bepaald voertuig wenst te huren: een Mercedes Vito bedrijfsbus met het kenteken [kenteken 1] . [verdachte] heeft duidelijk aan de medewerkers van [bedrijfsnaam 4] te kennen gegeven dat hij geen genoegen neemt met een ander huurvoertuig. [verdachte] betaalt het huren van de Mercedes bus altijd contant. Uit de huurovereenkomsten blijkt dat verdachte [verdachte] als huurder van het busje altijd zijn bedrijf [bedrijfsnaam 1] opgaf. Als bestuurder gaf verdachte [verdachte] zijn eigen naam en adres op. Onder de bedrijfsnaam [bedrijfsnaam 1] werden ook diverse andere voertuigen bij [bedrijfsnaam 4] gehuurd. Hierbij werd in de meeste gevallen [verdachte] als bestuurder opgegeven. Bij de huur van een VW Caddy, met buitenlandtoestemming, werd [medeverdachte 1] als bestuurder geregistreerd. Als iemand een auto huurt bij [bedrijfsnaam 4] dient van te voren aangegeven te worden of er met het gehuurde voertuig naar het buitenland wordt gereden. Volgens de [bedrijfsnaam 4] medewerkers gaf [verdachte] bij de Mercedes bus altijd aan dat de Mercedes bus naar het buitenland zou gaan. Dit wordt ondersteund door de GPS-gegevens.
15.Een proces-verbaal van bevindingen GPS gegevens Mercedes Vito [kenteken 1] van26 januari 2017, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 15] , zaaksdossier doorgenummerde pagina’s 145-147.Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de bevindingen van voornoemde verbalisant:Ik heb de GPS-gegevens met betrekking tot de Mercedes Vito met het kenteken [kenteken 1] onderzocht. Uit de bestanden met GPS-gegevens kwam onder andere het volgende naar voren:Op 28 oktober is geregistreerd dat omstreeks 10:12 uur Mercedes Vito 1 uur en 32 minuten heeft stil gestaan aan de [straatnaam 4] te Purmerend.Op 3 november 2016 is geregistreerd dat omstreeks 18:48 uur de Mercedes Vito stil stond aan [straatnaam behorend bij adres 1] te Purmerend, gedurende 1 uur en 48 minuten.Op 9 november 2016 is geregistreerd dat de Mercedes Vito omstreeks 18:22 uur gedurende 1 uur en 23 minuten stil stond aan [straatnaam behorend bij adres 1] te Purmerend.Op 15 november 2016 is geregistreerd dat de Mercedes Vito omstreeks 16:40 uur gedurende11 minuten stil stond aan de [straatnaam 2] te Purmerend. Vervolgens reed de Mercedes Vito van de [straatnaam 2] naar [straatnaam behorend bij adres 1] te Purmerend. Aan [straatnaam behorend bij adres 1] te Purmerend heeft de Mercedes Vito1 uur en 14 minuten stilgestaan.De eerstvolgende geregistreerde data zijn op 16 november in North Killingholme CP in Engeland omstreeks 07:46 uur.Op 17 november is geregistreerd dat omstreeks 09:36 uur de Mercedes Vito zich in Vlaardingen bevond.
Een proces-verbaal van bevindingen van 24 november 2016, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaren [verbalisant 4] en[verbalisant 5] , zaaksdossier doorgenummerde pagina’s 54-55.Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de bevindingen van voornoemde verbalisanten:
Op 24 november 2016 hebben wij de verdachte [medeverdachte 1] , gefouilleerd. Bij het fouilleren van de verdachte hebben wij aangetroffen 1 Nokia telefoon, 450 euro in contanten en 150 Engelse ponden.
Een proces-verbaal van relaas van 9 februari 2017, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 11] , beslagdossier relaas pagina 7.Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de bevindingen van voornoemde verbalisant:
Op 24 november 2016 zijn onderstaande verdachten aangehouden. Onder de verdachten zijn de volgende goederen in beslag genomen:
[medeverdachte 3] : telefoon Nokia
[verdachte] : 1194,75 euro; telefoon Nokia; telefoon BlackBerry
[medeverdachte 1] : Nokia telefoon, locatie aantreffen: droeg verdachte in zijn hand.
Een proces-verbaal van bevindingen van 2 mei 2017, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 16] , nazending doorgenummerde pagina 6.Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de bevindingen van voornoemde verbalisant:
De telefoon in beslag genomen bij verdachte [medeverdachte 3] is aangetroffen in de auto waar de verdachte is aangehouden en lag naast hem.
De telefoon in beslag genomen bij verdachte [verdachte] is aangetroffen bij diens fouillering.
Een proces-verbaal van bevindingen van 28 november 2016, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaren [verbalisant 17] en [verbalisant 12] , zaaksdossier doorgenummerde pagina’s 71-73.Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de bevindingen van voornoemde verbalisanten:
Bij de [medeverdachte 1] werd een mobiele telefoon in beslaggenomen met hierin een
simkaart van provider [naam provider] . De simkaart heeft telefoonnummer [telefoonnummer 1] , hierna te noemen als telefoonnummer *3205.
Bij de verdachte [verdachte] werd een mobiele telefoon inbeslaggenomen met hierin een simkaart van de provider [naam provider] . De simkaart heeft telefoonnummer [telefoonnummer 2] , hierna te noemen als telefoonnummer *4430.
Bij de verdachte [medeverdachte 3] werd een mobiele telefoon in beslaggenomen met hierin een simkaart van provider [naam provider] . De simkaart heeft telefoonnummer [telefoonnummer 3] , hierna te noemen als telefoonnummer *4312.
Uit de contactenlijst van telefoonnummer *3205 blijkt dat er in totaal 5 contacten in de telefoon staan opgeslagen. In de lijst staan 3 contacten welke behoren aan Klantenservice, Opwaarderen, en Voicemail. Verder staan de overige contacten hieronder vermeld:
28 keer contact met verschillende telefoonnummers. Hiervan heeft het nummer *3205 18 keer contact gehad, zowel inkomend als uitgaand, met het telefoonnummer *4430. De laatste keren dat deze telefoonnummers met elkaar contact hadden was op 24-11-2016. Hieronder worden de tijdstippen weergegeven van de tijden dat er contact was op 24-11-2016:
Een geschrift, zijnde een extractierapport [het hof begrijpt: met betrekking tot telefoonnummer *3205], als bijlage gevoegd bij het hiervoor vermelde proces-verbaal van bevindingen van verbalisanten [verbalisant 17] en [verbalisant 12] van 28 november 2016, zaaksdossier doorgenummerde pagina 84.Dit geschrift houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven:
SMS-berichtenMap: inbox
Partij: [naam provider]
Tijd: 16-11-2016 05:46:41
Bericht: Welkom in Verenigd Koninkrijk!
Een geschrift, zijnde een extractierapport, als bijlage gevoegd bij het hiervoor vermelde proces-verbaal van bevindingen van verbalisanten [verbalisant 17] en [verbalisant 12] van28 november 2016, zaaksdossier doorgenummerde pagina’s 74-78.Dit geschrift houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven:
Casusnaam: Telefoon [verdachte]
sms-berichten
Mo
17:55:53
Mo
Mo
Mo
Mo
Mo
Mo
17:04:03
Mo
Een proces-verbaal verhoor verdachte van 25 november 2016, opgemaakt door mr. S. Jongeling, rechter-commissaris belast met de behandeling van strafzaken in de rechtbank Noord-Holland, zaaksdossier doorgenummerde pagina’s 230-232.Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de tegenover de rechter-commissaris afgelegde verklaring van
[medeverdachte 1]:
Het klopt dat ik gisteren in een Mercedes Vito heb gereden. Het klopt dat ik later in Purmerend in een Citroën ben gaan zitten. De bestuurder van de Citroën is toen in de bus gaan zitten. U vraagt mij waarom ik in de Citroën ben gaan zitten. Dat was mij gevraagd. Volgens mij moest met de bus een lading worden bezorgd. Het klopt dat ik vervolgens lang bij een [naam tankstation] tankstation heb gewacht. Dat was mij gevraagd door de persoon die in de bus is gaan zitten. Dat is inderdaad meneer [verdachte] .
Een proces-verbaal verhoor verdachte van 29 november 2016, opgemaakt door mr. S. Jongeling, rechter-commissaris belast met de behandeling van strafzaken in de rechtbank Noord-Holland, zaaksdossier doorgenummerde pagina’s 256-257.Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de tegenover de rechter-commissaris afgelegde verklaring van
[medeverdachte 2]:
Het klopt dat ik de loods [het hof begrijpt: aan [adres 1] ] had gehuurd. Ik had de loods ongeveer een maandje.
Een proces-verbaal verhoor verdachte van 25 november 2016, opgemaakt door mr. S. Jongeling, rechter-commissaris belast met de behandeling van strafzaken in de rechtbank Noord-Holland, zaaksdossier doorgenummerde pagina’s 274-276.Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de tegenover de rechter-commissaris afgelegde verklaring van
de verdachte:
Het klopt dat ik gisteren ben aangehouden bij een loods in Purmerend. Ik was toen de bestuurder van de Mercedes-bus. Het klopt dat er iemand naast mij zat. Dat was inderdaad [medeverdachte 3] . U vraagt mij waar [medeverdachte 3] en ik op weg naar toe waren in de bus. Naar de andere heer. U vraagt mij of ik de heer bedoel die ik eerder had ontmoet. Ja, [medeverdachte 1] . U vraagt mij of die nog bij het [naam tankstation] tankstation stond te wachten. Ja. U vraagt mij wat de bedoeling was. Dat het vervoerd zou worden. U vraagt mij wat vervoerd zou worden. De spullen die in de bus waren gezet. [medeverdachte 2] en [medeverdachte 3] hebben dus in de loods spullen in de bus gezet.
Een proces-verbaal van verhoor verdachte van 26 november 2016, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaren [verbalisant 18] en [verbalisant 19] , zaaksdossier doorgenummerde pagina’s 277-283.Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als tegenover voornoemde verbalisanten afgelegde verklaring van
de verdachte:
Afgelopen donderdag [het hof begrijpt: 24 november 2016] ben ik rond 3 uur ‘s middags weggegaan vanuit Rotterdam naar Purmerend. Ik ben in de Citroën C2 van mijn zus gegaan. Ik heb in Purmerend de bus overgenomen van die ander. Met ‘bus’ bedoel ik de Mercedes Vito, waarin ik ben aangehouden. ‘Die ander’ is de heer [medeverdachte 1] . Daarna ben ik naar de plaats gereden waar ik moest zijn. Dit was een bedrijfspand aan de [straatnaam behorend bij adres 1] . Daar is een overheaddeur opengegaan. Ik heb de Mercedes naar binnen gereden. De overheaddeur is daarna dichtgegaan. In het bedrijfspand heb ik 10 dozen uitgeladen. In de dozen zat droogijs. Ik heb ook twee rolcontainers uit de Mercedes geladen. Daarna was de Mercedes leeg. Er was nog 1 persoon aanwezig. Hij was ongeveer 25 jaar, ongeveer 180 cm, blanke man. Ik heb te horen gekregen waar ik heen moest. Ik krijg de informatie door via de PGP. Dit is een BlackBerry waarmee ik alleen berichten kan sturen en ontvangen. Ik heb donderdagmorgen een berichtje gekregen op de PGP-telefoon. In het berichtje stond dat ik rond 4 uur op [adres 1] in Purmerend moest zijn. Daar zou iets geladen worden. U vraagt wat er gebeurde nadat ik de spullen had uitgeladen. De persoon die ook in de loods was ging daarna weg met een auto. De persoon die weg was gegaan kwam daarna terug in een andere auto en nog een andere persoon. Ik weet dat de tweede persoon [naam 6] heet. Hij is ongeveer 185 cm, blanke man, kort haar, vrij mager postuur, ongeveer 40/50 jaar. Deze persoon wordt in dit proces-verbaal verder de oudere genoemd. Ik zag dat in de hal drie dichte containers zaten. Ik zag dat de containers met een vorkheftruck in de Mercedes-bus werden gezet. Degene die op de vorkheftruck zat was de jongere. De jongen die al in het bedrijfspand was toen ik aankwam. Deze jongen heeft alle drie de containers in de Mercedes gezet. Ik stond naast de Mercedes toen ze aan het inladen waren. De andere man was degene met de vorkheftruck aan het begeleiden, zoals de container verder de Mercedes induwen. Toen ze klaar waren met inladen, ben ik ingestapt in de Mercedes als bestuurder. De persoon die later aankwam is bij mij ingestapt als passagier. De overheaddeur werd daarop opengedaan door de jongere man, die ook de heftruck had bestuurd. Daarop heb ik de Mercedes uit het bedrijfspand gereden. .
Ik raakte toentertijd in gesprek met iemand via een gemeenschappelijke kennis. Dat is een aantal weken geleden geweest. Deze persoon benaderde mij voor dit werk. Ze vroegen mij of ik medicijnen wilde rijden. Ik had wel een idee dat het geen medicijnen waren die ik zou vervoeren. U zegt dat er op een gegeven moment een telefoongesprek is geweest met meneer [medeverdachte 1] , waarbij deze persoon ook contact heeft met een politieagent. Dat was ik. Ik moest, nadat ik uit het bedrijfspand was gereden, naar het pompstation rijden. Ik denk dat het de [naam tankstation] was. De informatie waar ik heen moest rijden kwam van degene die verder moest rijden. Ik kreeg de opdracht om naar het pompstation te gaan van degene die verder moest rijden. Ik zou de Mercedes overdragen aan iemand anders. De Mercedes is van een verhuurbedrijf, genaamd [bedrijfsnaam 4] . Ik heb de Mercedes gehuurd. Volgens mij hadden de containers als bestemming Engeland.
Een proces-verbaal verhoor verdachte van 29 november 2016, opgemaakt door mr. S. Jongeling, rechter-commissaris belast met de behandeling van strafzaken in de rechtbank Noord-Holland, zaaksdossier doorgenummerde pagina’s 284-285.Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de tegenover de rechter-commissaris afgelegde verklaring van
de verdachte:Het was de bedoeling dat ik met de Mercedes-bus terug zou rijden naar het tankstation. Daar zou
[medeverdachte 1] nog steeds zijn. [medeverdachte 1] zou dan in de bus stappen en ik zou weer in de Citroën stappen. U zegt tegen mij dat er een boekingsbevestiging is aangetroffen van rederij Stena Line. Dat klopt. Ik heb die boeking gemaakt. U vraagt mij of dat woensdag [het hof begrijpt: op 23 november 2016] was. Ja. De vrachtbrief die is aangetroffen, heb ik donderdag [het hof begrijpt: op 24 november 2016] gekregen, in Rotterdam. U vraagt mij of ik de twee mannen die ik donderdag in de loods heb gezien al eens eerder had gezien. Ik had de oudere man eerder gezien. Dit is de man die door de jongere man is opgehaald. U vraagt mij wanneer ik de oudere man eerder had gezien. Eerder op donderdag zelf maar ook eerder in de dagen voor donderdag. U vraagt mij of dat in Rotterdam was. Ja.
Een proces-verbaal van verhoor verdachte van 30 november 2016, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaren [verbalisant 18] en [verbalisant 20] , zaaksdossier doorgenummerde pagina’s 287-291.Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de tegenover voornoemde verbalisanten afgelegde verklaring van
de verdachte:Ik heb de Mercedes iets langer dan een week voor de donderdag [het hof begrijpt: 24 november 2016] gehuurd en zou deze auto maandag 28 november 2016 terug brengen. Ik heb die auto gehuurd omdat een ander daar dat mee zou gaan vervoeren. Het was overduidelijk dat Meneer [medeverdachte 1] met deze Mercedes zou gaan rijden. Ik heb die Mercedes een paar dagen daarvoor bij [medeverdachte 1] gebracht. Ik had een rood telefoontje gekregen, waarmee ik contact met [medeverdachte 1] had. Daar stonden drie nummers in voorgeprogrammeerd. Met deze nummers moest ik bellen. Ik heb een
PGP-telefoon gekregen van dezelfde persoon als de man, waar ik die rode telefoon van heb gekregen. Op die PGP-telefoon heb ik via een emailbericht de opdracht gekregen om naar dat tankstation te gaan. Verder stond daar in hoe laat, waar en wat ik moest gaan doen. Ik moest naar een bedrijfspand toe. Van tevoren is mij gezegd dat de bus naar Engeland moest. Meneer [medeverdachte 1] zou dit transport naar Engeland verzorgen, voor zover ik weet. Hij zou dat via de Stena Line gaan doen. Ik moest dat voor hun regelen/boeken. Ik heb de boeking per telefoon geregeld. De periode was donderdag 24 november heen en vrijdag 25 november retour.
Een proces-verbaal van verhoor verdachte van 18 januari 2017, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaren [verbalisant 14] en [verbalisant 13] , zaaksdossier doorgenummerde pagina’s 292-300.Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de tegenover voornoemde verbalisanten afgelegde verklaring van
de verdachte:U zegt mij dat u van mij in beslag hebt genomen een mobiele telefoon [telefoonnummer 2] , waarin de contacten Ik, Mo en Oogjes toe staan. Oogjes toe is meneer [medeverdachte 1] en Mo is meneer [medeverdachte 3] . Ik heb deze telefoon sinds een paar dagen voor 24 november 2016. U zegt dat ik met deze telefoon met regelmaat contact heb met meneer [medeverdachte 1] en meneer [medeverdachte 3] en u vraagt waarom. We moesten elkaar bellen om af te spreken. Als we elkaar dan fysiek zagen werden er daadwerkelijk afspraken over wat te doen gemaakt. U vraagt wat er in de Vito-bus naar Engeland vervoerd zou worden. Zogenaamd medicijnen. Ik had daar wel mijn bedenkingen bij. Ik had er het gevoel bij dat ik in ieder geval niet ermee naar Engeland wilde rijden. Toen ze doorkregen dat ik dit niet wilde doen met verboden middelen hebben ze [medeverdachte 1] ingeschakeld. Ik ging alleen. Ik ben niet met [medeverdachte 1] samen naar Engeland geweest. Ik weet ook niet of hij dan leeg of met verboden middelen die kant op is gegaan. Voor mijn werkzaamheden op 24 november 2016 heb ik gekregen wat ik in mijn fouillering had, 1000 euro. U vraagt wat [medeverdachte 2] en ik hebben gedaan nadat de Vito naar binnen was gereden en de deur was gesloten. Ik heb die spullen eruit gehaald. Ik heb het ijs en de bakken eruit gehaald. Ik zag bakken, ik had er twee meegebracht en nu waren het er drie. Een van beide mannen heeft de drie bakken (iso-bakken op wielen) met de vorkheftruck in de Vito-bus gezet. Ik heb de bakken vastgezet met spanbanden. Over de telefoon spreek ik alleen met [medeverdachte 3] . Nadat ik telefonisch met [medeverdachte 3] heb gesproken, spreek ik met hem ergens af om een opdracht van hem door te nemen. Ik heb [medeverdachte 1] voor 24 november 2016 één keer gezien. Dat was op initiatief van [medeverdachte 3] . Dit was om elkaar voor te stellen.
Een proces-verbaal verhoor getuige van 19 mei 2017, opgemaakt door mr. H.A. Stalenhoef, rechter-commissaris belast met de behandeling van strafzaken in de rechtbank Noord-Holland, los stuk.Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de tegenover de rechter-commissaris afgelegde verklaring van
[medeverdachte 2] :Het klopt dat ik op 24 november 2016 in de loods op het adres [adres 1] aanwezig was. Ik ben de huurder en de gebruiker van die loods. Het busje waar de verdovende middelen in zijn aangetroffen kwam naar binnen rijden. Ik zag die bakken staan, omwikkeld met folie. Ik heb die bakken in de wagen gezet omdat ik met een vorkheftruck overweg kan.
Het klopt dat ik met een voertuig de loods ben uitgereden en enige tijd later met een ander voertuig en met de heer [medeverdachte 3] naast mij ben teruggekomen. [verdachte] had mij gevraagd om [medeverdachte 3] op te pikken bij de snackbar.
Een proces-verbaal verhoor getuige van 19 mei 2017, opgemaakt door mr. H.A. Stalenhoef, rechter-commissaris belast met de behandeling van strafzaken in de rechtbank Noord-Holland, los stuk.Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de tegenover de rechter-commissaris afgelegde verklaring van
[medeverdachte 1] :Ik had Engelse Ponden bij mij omdat ik medicijnen naar Engeland moest brengen.
6 jaren opleggen.
gevangenisstrafvoor de duur van
6 (zes) jaren.