ECLI:NL:GHAMS:2021:255

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
28 januari 2021
Publicatiedatum
2 februari 2021
Zaaknummer
23-001445-20
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bevestiging vonnis met aanvulling van wettelijke voorschriften in hoger beroep

In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 28 januari 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam, dat op 30 juni 2020 was gewezen. De zaak betreft een strafrechtelijke procedure met parketnummer 23-001445-20. De verdachte, geboren in 1985, heeft hoger beroep ingesteld tegen het vonnis van de politierechter. Tijdens de zitting op 14 januari 2021 heeft het hof het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep gevoerd, waarbij het hof ook kennis heeft genomen van de vordering van de advocaat-generaal. Deze vordering hield in dat de verdachte dezelfde straffen zou moeten krijgen als door de politierechter in eerste aanleg waren opgelegd. Het hof heeft het vonnis van de politierechter bevestigd, maar met de aanvulling dat de toepasselijke wettelijke voorschriften worden aangevuld met artikel 9 van het Wetboek van Strafrecht. De beslissing van het hof is genomen door de meervoudige strafkamer, bestaande uit drie rechters, en is uitgesproken tijdens de openbare terechtzitting op dezelfde datum.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-001445-20
datum uitspraak: 28 januari 2021
VERSTEK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van
de politierechter in de rechtbank Amsterdam van 30 juni 2020 in de strafzaak onder parketnummer
13-160041-20 tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1985,
adres: [adres].

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep
van 14 januari 2021 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het
Wetboek van Strafvordering, naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.
Namens de verdachte is hoger beroep ingesteld tegen voormeld vonnis.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte zal worden veroordeeld tot dezelfde straffen
als door de politierechter in eerste aanleg opgelegd.

Vonnis waarvan beroep

Het hof verenigt zich met het vonnis waarvan beroep en zal dit derhalve bevestigen met dien
verstande dat het hof de toepasselijke wettelijke voorschriften aanvult met artikel 9 van het
Wetboek van Strafrecht.

BESLISSING

Het hof:
Bevestigt het vonnis waarvan beroep met inachtneming van het hiervoor overwogene.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin
zitting hadden mr. S. Clement, mr. V. Mul en mr. J.H.C. van Ginhoven, in tegenwoordigheid
van mr. D. Damman, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof
van 28 januari 2021.
=========================================================================
[…]