Uitspraak
1.[toegevoegd notaris] ,
[kandidaat-notaris] ,
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak heeft klager, een deelgenoot in de nalatenschap van zijn moeder, een klacht ingediend tegen de notarissen die als vereffenaars van de nalatenschap optraden. Klager verwijt de notarissen dat zij onzorgvuldig hebben gehandeld bij de afwikkeling van de nalatenschap, onnodig veel kosten in rekening hebben gebracht en de woning die tot de nalatenschap behoorde voor een te lage prijs hebben verkocht. De kamer voor het notariaat in Den Haag heeft de klacht van klager ongegrond verklaard, waarna klager in hoger beroep ging bij het Gerechtshof Amsterdam.
Het hof heeft de zaak behandeld op 27 mei 2021, waarbij klager en de notarissen, vergezeld van hun gemachtigden, aanwezig waren. Klager stelde dat de notarissen onnodig veel werkzaamheden hebben verricht en dat de kosten die zij in rekening hebben gebracht niet gerechtvaardigd waren. Daarnaast betwistte hij de verkoopprijs van de woning, die volgens hem beneden de marktwaarde lag. De notarissen daarentegen stelden dat de gemaakte kosten voortvloeiden uit de complexe situatie en de verstoorde familieverhoudingen, en dat de verkoopprijs van de woning marktconform was.
Na beoordeling van de argumenten van beide partijen heeft het hof geoordeeld dat de kamer terecht de klacht ongegrond heeft verklaard. Het hof bevestigde dat de notarissen niet onzorgvuldig hebben gehandeld en dat de kosten die zij in rekening hebben gebracht gerechtvaardigd waren. De beslissing van de kamer werd dan ook bevestigd, en de klacht van klager werd afgewezen.