ECLI:NL:GHAMS:2021:2166
Gerechtshof Amsterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen afwijzing verzoek tot vernietiging besluit VvE voor dakopbouw
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen de afwijzing van een verzoek tot vernietiging van een besluit van de Vereniging van Eigenaren (VvE) om geen toestemming te verlenen voor een dakopbouw door een appartementseigenaar. De appellant, eigenaar van een appartement in Amsterdam, had een omgevingsvergunning verkregen voor de dakopbouw, maar de VvE weigerde toestemming op basis van een belangenafweging. De kantonrechter had het verzoek van de appellant afgewezen, wat leidde tot het hoger beroep.
Het hof oordeelt dat de appellant ontvankelijk is in zijn hoger beroep, omdat hij een redelijk belang heeft bij de vernietiging van het besluit van de VvE. De VvE had bij haar besluit rekening gehouden met de nadelige gevolgen van de dakopbouw voor de zonlichtinval en het uitzicht van andere appartementseigenaren. Het hof concludeert dat de VvE in redelijkheid tot haar besluit heeft kunnen komen, en dat de belangen van de appellant niet opwegen tegen de belangen van de andere bewoners.
De appellant had ook verzocht om een vervangende machtiging voor de dakopbouw, maar het hof oordeelt dat de weigering van de VvE niet in strijd is met de redelijkheid en billijkheid, waardoor er geen aanleiding is voor het verlenen van een vervangende machtiging. De beslissing van de kantonrechter wordt bekrachtigd, en de appellant wordt veroordeeld in de kosten van het hoger beroep.