ECLI:NL:GHAMS:2021:181

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
26 januari 2021
Publicatiedatum
26 januari 2021
Zaaknummer
23-002895-18
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van verdachte wegens vals rijbewijs zonder bewijs van wetenschap

In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 26 januari 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland. De verdachte, geboren in Polen in 1978 en zonder bekende vaste woon- of verblijfplaats in Nederland, was beschuldigd van het opzettelijk afleveren en/of voorhanden hebben van een vals of vervalst Oekraïens rijbewijs. De tenlastelegging betrof een incident dat plaatsvond op 5 augustus 2017 te Enkhuizen, waarbij de verdachte door de politie werd staande gehouden na slingerend rijgedrag. Bij controle overhandigde de verdachte een Oekraïens rijbewijs, dat later als vals werd aangemerkt door de Koninklijke Marechaussee.

Tijdens de rechtszitting in hoger beroep op 12 januari 2021 heeft het hof de vordering van de advocaat-generaal gehoord, die een gevangenisstraf van vijf weken eiste. Het hof heeft echter vastgesteld dat, hoewel het rijbewijs vals was, niet met de vereiste mate van zekerheid kon worden vastgesteld dat de verdachte wist of redelijkerwijs had moeten vermoeden dat het rijbewijs vals was. De verdachte verklaarde dat hij het rijbewijs had verkregen van de autoriteiten in Oekraïne en dat hij eerder zonder problemen in Duitsland en Polen was gecontroleerd met dit rijbewijs.

Op basis van deze feiten heeft het hof geoordeeld dat niet wettig en overtuigend bewezen was dat de verdachte het tenlastegelegde feit had begaan, en heeft hij de verdachte vrijgesproken. Tevens heeft het hof besloten het in beslag genomen valse rijbewijs onttrokken aan het verkeer te verklaren, omdat het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met de wet. Het arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, met de voorzitter en de jongste raadsheer en griffier die buiten staat waren om het arrest mede te ondertekenen.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-002895-18
datum uitspraak: 26 januari 2021
TEGENSPRAAK (gemachtigd raadsvrouw)
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland van 30 juli 2018 in de strafzaak onder parketnummer
15-104139-18 tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] (Polen) op [geboortedag] 1978,
zonder bekende vaste woon- of verblijfplaats hier te lande.

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 12 januari 2021 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.
Namens de verdachte is hoger beroep ingesteld tegen voormeld vonnis.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door de raadsvrouw naar voren is gebracht.

Tenlastelegging

Aan de verdachte is tenlastegelegd dat:
hij op of omstreeks 5 augustus 2017 te Enkhuizen opzettelijk valselijk opgemaakte en/of vervalste geschriften die bestemd waren om tot bewijs van enig feit te dienen, te weten
- een vals of vervalst (Oekraïense) rijbewijs (voorzien van het nummer: [nummer] op naam gesteld van [verdachte], geboren op [geboortedag] 1978) heeft afgeleverd en/of voorhanden heeft gehad, terwijl hij, verdachte, wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat die geschriften bestemd waren om gebruik van te maken als waren deze echt en onvervalst;
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zal het hof deze verbeterd lezen. De verdachte wordt daardoor niet in de verdediging geschaad.

Vonnis waarvan beroep

Het vonnis waarvan beroep zal worden vernietigd, omdat het hof tot een andere beslissing komt dan de politierechter.

Vordering van het openbaar ministerie

De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte voor het tenlastegelegde zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van vijf weken.

Vrijspraak

Op grond van de stukken in het dossier stelt het hof het volgende vast.
De verdachte wordt door de verbalisanten slingerend rijdend gezien, waarop zij beslissen het voertuig van de verdachte staande te houden. De verbalisanten relateren dat de verdachte verklaart Pools te zijn en hen een Oekraïens rijbewijs overhandigt.
Op het politiebureau zien de verbalisanten dat de verdachte in 2014 is veroordeeld voor het rijden zonder rijbewijs. De verdachte verklaart hierop dat hij zijn rijbewijs toen niet bij zich had, maar dat hij wel in het bezit van een rijbewijs was en dat hij het rijbewijs in Oekraïne heeft behaald, omdat het daar goedkoper was dan in Polen en dat hij ervan uitgaat dat het geen vals rijbewijs is omdat hij het heeft gekregen van de autoriteiten aldaar en hij nadien een aantal keren in Duitsland en Polen met dit rijbewijs zonder problemen is gecontroleerd door de politie.
De verbalisanten zien dat het rijbewijs langs de randen niet netjes is. Ook lijkt het volgens de verbalisanten alsof iets op het rijbewijs is geplakt. Het rijbewijs wordt daarom ingevorderd.
Uit het proces-verbaal van bevindingen van de Koninklijke Marechaussee van 8 augustus 2017 blijkt dat het rijbewijs vals is. Dit wordt vastgesteld op grond van de basisbedrukking, de absorptie bij infrarood licht, de fluorescentie bij ultraviolet licht en de variabele gegevens van het rijbewijs.
Op grond van de voorgaande feiten en omstandigheden kan naar het oordeel van het hof wel worden vastgesteld dat het rijbewijs vals is, maar niet – met de voor een bewezenverklaring vereiste mate van zekerheid – dat de verdachte wist of redelijkerwijs had moeten vermoeden dat het rijbewijs vals is. Met de raadsvrouw is het hof derhalve van oordeel dat niet wettig en overtuigend bewezen is hetgeen de verdachte is tenlastegelegd, zodat hij hiervan moet worden vrijgesproken.

Beslag

Het onder de verdachte in beslag genomen en nog niet teruggegeven valse rijbewijs is bij gelegenheid van het onderzoek naar het de verdachte ten laste gelegde feit aangetroffen. Het behoort aan de verdachte toe en kan dienen tot het begaan of de voorbereiding van soortgelijke feiten dan wel tot belemmering van de opsporing daarvan. Het zal worden onttrokken aan het verkeer aangezien het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met de wet.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart niet bewezen dat de verdachte het tenlastegelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Beveelt de
onttrekking aan het verkeervan het in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerp, te weten:
Identiteitspapieren: Rijbewijs
PL1100-2017175705-810994
Land: Oekraine
Kl: Roze
Rijbewijsnummer: [nummer].
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. C.J. van der Wilt, mr. R.D. van Heffen en mr. M.K. Durdu-Agema, in tegenwoordigheid van mr. R.L. Vermeulen en mr. E.J. de Vries, griffiers, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 26 januari 2021.
De voorzitter, de jongste raadsheer en griffier De Vries zijn buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.
=========================================================================
[…]