ECLI:NL:GHAMS:2021:1315
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen vonnis politierechter inzake opzettelijk handelen in strijd met de Opiumwet
Op 6 mei 2021 heeft het Gerechtshof Amsterdam uitspraak gedaan in een hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland, dat op 5 januari 2021 was gewezen. De verdachte, geboren op de Nederlandse Antillen in 1957 en thans gedetineerd, was beschuldigd van opzettelijk handelen in strijd met het verbod van de Opiumwet. Het hof heeft het hoger beroep behandeld na een zitting op 22 april 2021, waarbij de advocaat-generaal een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 14 maanden had geëist. De verdediging voerde aan dat er sprake was van vormverzuimen die de aanhouding van de verdachte onrechtmatig zouden maken, maar het hof verwierp dit verweer omdat het niet voldoende gemotiveerd was. Het hof bevestigde het vonnis van de rechtbank, maar vulde de bewijsoverweging en strafmotivering aan. De verdediging had ook betoogd dat er discrepanties waren in de documentatie van het NFI-rapport, maar het hof oordeelde dat deze niet relevant waren voor de bewijsvoering. De gevangenisstraf werd als passend beschouwd, mede gezien de eerdere veroordelingen van de verdachte voor soortgelijke feiten. Het hof bevestigde het vonnis van de rechtbank, waarbij het de hoogte van de straf in overeenstemming met de LOVS-oriëntatiepunten vond.