ECLI:NL:GHAMS:2020:2506
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak openlijke geweldpleging na uiteenlopende getuigenverklaringen
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 18 september 2020 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De verdachte, geboren in 1986, was aangeklaagd voor openlijke geweldpleging en mishandeling, gepleegd op 28 oktober 2017 te Duivendrecht. De tenlastelegging omvatte het slaan van de benadeelde met een kruk, wat zou hebben geleid tot lichamelijk letsel. Tijdens de zitting in hoger beroep op 4 september 2020 zijn de verklaringen van de aangever, getuigen en de verdachte zelf besproken. De verklaringen waren echter tegenstrijdig, wat leidde tot twijfels over de schuld van de verdachte. Het hof oordeelde dat er onvoldoende bewijs was om de verdachte schuldig te verklaren voor de tenlastegelegde feiten. De advocaat-generaal had vrijspraak gevorderd, en het hof volgde dit advies. Het vonnis van de politierechter werd vernietigd, en de verdachte werd vrijgesproken van zowel openlijke geweldpleging als mishandeling. Daarnaast werd de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaard in zijn vordering tot schadevergoeding, omdat de verdachte niet schuldig was bevonden aan de feiten die de schade zouden hebben veroorzaakt.