ECLI:NL:GHAMS:2020:1814
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Tussenarrest in hoger beroep met betrekking tot civiele zaak
In deze civiele zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 23 juni 2020 een tussenarrest gewezen in het hoger beroep van appellant, vertegenwoordigd door mr. M. Heimensem, tegen geïntimeerde, vertegenwoordigd door mr. M.J.S. van der Vorst. Appellant heeft de geïntimeerde bij exploot in hoger beroep aangezegd, na eerdere vonnissen in de onderhavige zaak. Het hof heeft besloten tot een mondelinge behandeling van partijen om inlichtingen te verkrijgen, een minnelijke regeling te beproeven en het verdere verloop van het hoger beroep te bespreken. Dit kan onder meer mediation, bewijsvoering en rapportage door deskundigen omvatten.
Het hof heeft bepaald dat partijen in persoon, of vertegenwoordigd door iemand die van de zaak op de hoogte is en bevoegd is tot het aangaan van een schikking, moeten verschijnen voor de raadsheercommissaris, mr. J.C. Toorman. De zitting zal plaatsvinden in het Paleis van Justitie in Amsterdam op een nader te bepalen tijdstip. Partijen zijn verplicht om binnen twee weken hun verhinderdagen op te geven, waarna het hof de datum en tijd van de mondelinge behandeling zal vaststellen. Tevens is bepaald dat appellant binnen vier weken een kopie van het volledige procesdossier moet indienen en dat partijen uiterlijk twee weken voor de mondelinge behandeling de stukken waarop zij zich willen beroepen, in kopie moeten overleggen aan het hof en de wederpartij.
Het hof heeft iedere verdere beslissing aangehouden, wat betekent dat de zaak nog niet definitief is afgerond. Dit arrest is openbaar uitgesproken op 23 juli 2020 in aanwezigheid van de griffier.