Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Ontvankelijkheid van de verdachte in het hoger beroep
Tenlastelegging
[benadeelde 2]verteld dat zijn auto in puin was en/of de ventilatorriem kapot was en/of dat deze auto in Koedijk stond en/of dat hij zijn portemonnee niet bij zich had en daarom geen taxi kon krijgen en/of dat hij van zijn werk kwam en/of heeft gedaan alsof hij zijn dochter aan het bellen was en/of aan die
[benadeelde 2]gevraagd hem, verdachte, (in verband met de betaling van een taxirit naar het ziekenhuis in verband met diens bevallende dochter) een geldbedrag van 20 euro te lenen en daarbij aangegeven dat hij, verdachte, het bedrag verdubbeld, althans voornoemd bedrag, (diezelfde avond) zou teruggeven, waardoor die [benadeelde 2] werd bewogen tot afgifte van 20 euro en/of
[benadeelde 3] en/of [benadeelde 4]heeft verteld dat hij zijn woning niet in kon omdat zijn dochter de sleutels zou hebben en/of die [benadeelde 3] en [benadeelde 4] aangesproken en gevraagd om hem, verdachte, (in verband met de betaling van een taxirit of busvervoer naar het ziekenhuis in verband met diens bevallende dochter) een geldbedrag te lenen onder vermelding het te lenen bedrag dan wel een veelvoud daarvan (50 euro) terug te betalen/geven
[benadeelde 5]gevraagd om hem, verdachte, 50 of 100 euro te lenen (in verband met de betaling van een taxirit naar het ziekenhuis in verband met de bevalling van diens dochter) onder vermelding het te lenen bedrag (welke uiteindelijk 20 euro werd) diezelfde avond terug te betalen/geven en/of (later die dag) aan die [benadeelde 5] medegedeeld alleen een briefje van 100 euro te hebben met daarbij de vraag aan die [benadeelde 5] of hij voornoemd bedrag van 100 euro kon wisselen (waarna die [benadeelde 5] een briefje van 50 euro op tafel heeft gelegd) waardoor die [benadeelde 5] werd bewogen tot afgifte van 20 euro en/of 50 euro en/of
[benadeelde 6]gevraagd hem, verdachte, een bedrag van 10 of 20 euro te lenen (voor vervoerskosten daar diens dochter aan het bevallen was in het ziekenhuis) onder vermelding het te lenen bedrag (diezelfde dag) verdubbeld terug te betalen/geven en/of (later die dag) aan die [benadeelde 6] en/of [benadeelde 7] gevraagd hem, verdachte, 20 euro wisselgeld of benzinegeld te lenen/geven (eveneens) onder de vermelding dit bedrag terug te betalen/geven of te verrekenen met een openstaand bedrag waardoor die [benadeelde 6] werd bewogen tot afgifte van 20 euro en/of die [benadeelde 7] werd bewogen tot afgifte van 20 euro;
Vonnis waarvan beroep
Bewijsoverweging
Daartoe moet de verdachte één of meer van de in artikel 326, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht (hierna: Sr) bedoelde oplichtingsmiddelen hebben gebruikt, door welk gebruik die ander is bewogen tot de afgifte van een goed, het verlenen van een dienst, het beschikbaar stellen van gegevens, het aangaan van een schuld of het tenietdoen van een inschuld.
omstandigheden van het geval. In algemene zin kunnen tot die omstandigheden behoren enerzijds de mate waarin de in het algemeen in het maatschappelijk verkeer vereiste omzichtigheid het beoogde slachtoffer aanleiding had moeten geven die onjuiste voorstelling van zaken te onderkennen of zich daardoor niet te laten bedriegen, en anderzijds de persoonlijkheid van het slachtoffer, waarbij onder meer de leeftijd en de verstandelijke vermogens van het slachtoffer een rol kunnen spelen. Bij een samenweefsel van verdichtsels behoren tot die omstandigheden onder meer de vertrouwenwekkende aard, het aantal en
de indringendheid van de (geheel of gedeeltelijk) leugenachtige mededelingenin hun onderlinge samenhang. [1]
Bewezenverklaring
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 7]
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 6]
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 5]
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 4]
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 1]
Toepasselijke wettelijke voorschriften
Vordering tenuitvoerlegging
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
8 (acht) weken.
€ 20,00 (twintig euro) ter zake van materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
€ 20,00 (twintig euro) ter zake van materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
€ 70,00 (zeventig euro) ter zake van materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
€ 90,00 (negentig euro) ter zake van materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.