ECLI:NL:GHAMS:2020:1523
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Effectenlease en verklaring voor recht inzake Dexia Nederland B.V. en onverschuldigde betalingen door de afnemer
In deze zaak, die voorligt bij het Gerechtshof Amsterdam, betreft het een hoger beroep van Dexia Nederland B.V. tegen een eerdere uitspraak. De zaak draait om een leaseovereenkomst waarbij Dexia verklaart dat zij niets meer aan de afnemer verschuldigd is. Het hof heeft eerder een tussenarrest uitgesproken op 15 oktober 2019, waarin werd vastgesteld dat de leaseovereenkomst rechtsgeldig was beëindigd per 1 februari 2006. De afnemer had onverschuldigd drie maandtermijnen betaald, en het hof heeft Dexia de gelegenheid gegeven om een eindafrekening te presenteren. Dexia heeft een nieuwe eindafrekening ingediend, waaruit bleek dat de waarde van het certificaatproduct op 1 februari 2006 € 12.524,20 bedroeg. De afnemer heeft echter betwist dat er in maart 2006 geen betaling heeft plaatsgevonden en stelt dat Dexia onterecht de onverschuldigd betaalde maandtermijnen in de eindafrekening heeft betrokken.
Het hof heeft de argumenten van de afnemer gevolgd en vastgesteld dat Dexia de onverschuldigd betaalde maandtermijnen ten onrechte in de eindafrekening heeft opgenomen. Hierdoor moet Dexia een bedrag van € 3.068,53 aan de afnemer terugbetalen, naast bedragen uit andere leaseovereenkomsten. Het hof heeft de proceskosten gecompenseerd en Dexia veroordeeld in de kosten van het hoger beroep. De uitspraak van het hof is openbaar uitgesproken op 9 juni 2020.