ECLI:NL:GHAMS:2019:4254
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Valse bommelding met oogmerk om onrust te veroorzaken tijdens drukbezocht congres
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 7 november 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De verdachte, geboren in Roemenië in 1992, werd beschuldigd van het doen van een valse bommelding op 15 september 2018 tijdens een drukbezocht congres in de RAI Amsterdam. De verdachte had herhaaldelijk tegen een beveiliger en omstanders gezegd dat hij een bom bij zich had, wat leidde tot onrust en paniek. De verdediging voerde aan dat de verdachte slechts een grap wilde maken en dat er geen serieus geloof mocht bestaan dat er een ontploffing zou plaatsvinden. Het hof oordeelde echter dat de delictsomschrijving van artikel 142a, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht was vervuld, ongeacht de intentie van de verdachte. Het hof vernietigde het eerdere vonnis en verklaarde het bewezen dat de verdachte met zijn uitlatingen anderen ten onrechte deed geloven dat er een bom aanwezig was. Ondanks de bewezenverklaring besloot het hof geen straf op te leggen, gezien de omstandigheden waaronder het feit was begaan en het feit dat de verdachte niet eerder voor een strafbaar feit was veroordeeld.