ECLI:NL:GHAMS:2019:3120

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
27 augustus 2019
Publicatiedatum
27 augustus 2019
Zaaknummer
23-001470-18
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak in hoger beroep wegens tegenstrijdige getuigenverklaringen

In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 27 augustus 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De verdachte was eerder veroordeeld voor belediging van een slachtoffer, waarbij hij zou hebben gespuugd in het gezicht van deze persoon op 9 maart 2016 te Amsterdam. De verdachte heeft hoger beroep ingesteld tegen het vonnis van 19 december 2017, waarin hij schuldig was bevonden aan de tenlastegelegde feiten.

Tijdens de zitting in hoger beroep op 13 augustus 2019 heeft het hof de vordering van de advocaat-generaal en de verdediging van de verdachte gehoord. Het hof heeft vastgesteld dat de verklaringen van twee onafhankelijke getuigen over het incident op belangrijke punten met elkaar in tegenspraak zijn. Hierdoor kon het hof niet wettig en overtuigend vaststellen dat de verdachte daadwerkelijk het ten laste gelegde feit heeft gepleegd.

Op basis van deze tegenstrijdige getuigenverklaringen heeft het hof het vonnis van de politierechter vernietigd en de verdachte vrijgesproken van de beschuldiging. Het hof concludeerde dat er onvoldoende bewijs was om de verdachte te veroordelen, en sprak hem vrij van de tenlastelegging. Deze uitspraak benadrukt het belang van consistente getuigenverklaringen in strafzaken en de noodzaak van voldoende bewijs voor een veroordeling.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-001470-18
datum uitspraak: 27 augustus 2019
TEGENSPRAAK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam van 19 december 2017 in de strafzaak onder parketnummer
13-128028-16 tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] (Hongarije) op [geboortedag] 1973,
adres: [adres].

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van
13 augustus 2019.
Tegen voormeld vonnis is namens de verdachte hoger beroep ingesteld.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door de verdachte en de raadsvrouw naar voren is gebracht.

Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
hij op of omstreeks 9 maart 2016 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, opzettelijk [slachtoffer] in zijn/haar/hun tegenwoordigheid, door feitelijkheden, heeft beledigd, door eenmaal of meermalen in/op/tegen het gezicht, in elk geval het lichaam, van die [slachtoffer] te spugen, in elk geval een of meer feitelijkhe(i)d(en), van gelijke beledigende aard en/of strekking;
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zal het hof deze verbeterd lezen. De verdachte wordt daardoor niet in de verdediging geschaad.

Vonnis waarvan beroep

Het vonnis waarvan beroep zal worden vernietigd, omdat het hof tot een andere beslissing komt dan de politierechter.

Vrijspraak

Het hof is in aansluiting op hetgeen door de advocaat-generaal en de raadsvrouw naar voren is gebracht, van oordeel dat op grond van de bewijsmiddelen niet kan worden vastgesteld dat de verdachte daadwerkelijk in het gezicht van aangeefster [slachtoffer] heeft gespuugd, nu de verklaringen van de twee onafhankelijke getuigen over hetgeen zij van het incident tussen de verdachte en aangeefster [slachtoffer] hebben waargenomen op belangrijke punten met elkaar in tegenspraak zijn. Derhalve is naar het oordeel van het hof niet wettig en overtuigend bewezen hetgeen de verdachte is ten laste gelegd, zodat de verdachte hiervan moet worden vrijgesproken.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart niet bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. J.D.L. Nuis, mr. A.D.R.M. Boumans en mr. M. Jurgens, in tegenwoordigheid van mr. L. van Dijk, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 27 augustus 2019.
=========================================================================
[…]