Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS VOOR DE BOUWNIJVERHEID,
STICHTING OPLEIDINGS- EN ONTWIKKELINGSFONDS BOUW & INFRA,
STICHTING SCHOLINGSFONDS VOOR DE BOUWNIJVERHEID,
STICHTING AANVULLINGSFONDS BOUW & INFRA,
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 23 juli 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep over de verplichtstelling van pensioenpremies voor de bouwnijverheid. De appellante, een onderneming die zich bezighoudt met asbestverwijdering, was in geschil met verschillende stichtingen die verantwoordelijk zijn voor de uitvoering van de cao bouwnijverheid. De kantonrechter had eerder geoordeeld dat de onderneming vanaf 1 januari 2007 onder de verplichtstelling viel en dat zij premies verschuldigd was aan de betrokken fondsen. Appellante heeft hoger beroep ingesteld, maar het hof heeft geoordeeld dat zij niet-ontvankelijk is in haar grieven, omdat zij niet tijdig hoger beroep had ingesteld tegen de einduitspraak van de kantonrechter. Het hof heeft de eerdere vonnissen van de kantonrechter bekrachtigd en appellante veroordeeld tot betaling van de verschuldigde premies, vermeerderd met wettelijke rente. Tevens is appellante verplicht om een controleverklaring van een registeraccountant te verstrekken over de juistheid van de loon- en premiegegevens. Het hof heeft de proceskosten aan de zijde van de fondsen toegewezen.