In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellanten, [appellant sub 1] en [appellante sub 2], tegen Amstelhuys N.V. over de vraag of zij als consument moeten worden aangemerkt in het kader van de kredietverlening. De appellanten hebben in 2004 en 2006 hypothecaire leningen afgesloten bij Amstelhuys, waarbij zij zich beroepen op overkreditering en schending van de zorgplicht door de kredietverstrekker. De rechtbank had eerder geoordeeld dat de vorderingen van appellanten waren verjaard, omdat [appellant sub 1] als deskundige werd aangemerkt en de verjaringstermijn in 2007 zou zijn aangevangen. Het hof heeft echter geoordeeld dat de appellanten niet eerder dan juni 2016 bekend waren met de zorgplicht van Amstelhuys en dat de klachtplicht pas op dat moment is ingegaan. Het hof heeft vastgesteld dat Amstelhuys in strijd heeft gehandeld met haar zorgplicht bij de verhoging van de hypothecaire lening in november 2006, waardoor sprake was van overkreditering. Het hof vernietigt het eerdere vonnis en verklaart voor recht dat Amstelhuys aansprakelijk is voor de door appellanten geleden schade, die nog moet worden vastgesteld. Amstelhuys wordt veroordeeld in de proceskosten van beide instanties.