ECLI:NL:GHAMS:2018:501
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Verwijzing van een strafzaak naar een ander gerechtshof wegens betrokkenheid van een advocaat
Op 14 februari 2018 heeft het Gerechtshof Amsterdam een verwijzingsbeslissing genomen in het hoger beroep tegen het vonnis van de rechtbank Noord-Holland, dat op 20 oktober 2016 was gewezen in de strafzaak met parketnummer 15/233739-15. De zaak betreft een verdachte die in 1976 is geboren en woonachtig is in Amsterdam. De verwijzing is gebaseerd op artikel 62b van de Wet op de rechterlijke organisatie, dat het mogelijk maakt om een zaak naar een ander gerechtshof te verwijzen indien de betrokkenheid van het huidige gerechtshof de behandeling van de zaak door een ander gerechtshof wenselijk maakt.
In deze zaak is de benadeelde partij, een advocaat te Amsterdam, betrokken, die regelmatig optreedt voor cliënten bij het Gerechtshof Amsterdam. Gezien deze betrokkenheid heeft het hof geoordeeld dat het in het belang van een onpartijdige behandeling van de zaak is om deze door te verwijzen naar het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. De wetgever heeft in de toelichting op artikel 62b aangegeven dat verwijzing niet alleen mogelijk is in gevallen waarin een medewerker van het gerechtshof partij of betrokkene is, maar ook in situaties waarin een advocaat betrokken is in een privégeschil.
De beslissing om de zaak te verwijzen is genomen door de meervoudige strafkamer van het Gerechtshof Amsterdam, waarin drie rechters zitting hadden. De griffier, mr. D.J. Lutje Wagelaar, was ook aanwezig tijdens deze zitting. De zaak is nu ter verdere behandeling overgedragen aan het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, waar deze verder zal worden behandeld.