ECLI:NL:GHAMS:2018:4677
Gerechtshof Amsterdam
- Raadkamer
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen gevangenhouding en afwijzing verzoek tot schorsing voorlopige hechtenis
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 12 december 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beschikking van de rechtbank Amsterdam van 19 november 2018. De verdachte, geboren in Nigeria en thans verblijvende in het huis van bewaring te Middelburg, had hoger beroep ingesteld tegen de beslissing van de rechtbank die zijn gevangenhouding beval en het verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis afwees. Het hof heeft kennisgenomen van de relevante stukken, waaronder de akte van de griffier en het proces-verbaal van bevindingen. Tijdens de zitting heeft het hof de advocaat-generaal en de verdachte, bijgestaan door zijn raadsman mr. R.T. Laigsingh, gehoord. Het hof heeft ernstige bezwaren geconstateerd met betrekking tot de verdachte, die betrokken zou zijn bij professionele en grootschalige drugshandel. Ondanks de verklaring van de ex-partner van de verdachte dat hij bij haar zou kunnen verblijven, achtte het hof deze verklaring onvoldoende om de grond van vluchtgevaar te weerleggen. De hoeveelheid aangetroffen verdovende middelen en de betrokkenheid van meerdere personen bij de zaak versterkten de vrees dat de verdachte bij vrijlating opnieuw in de drugshandel zou kunnen stappen. Het hof handhaafde daarom de voorlopige hechtenis en wees het beroep tegen de bestreden beschikking af.