ECLI:NL:GHAMS:2018:4671

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
12 december 2018
Publicatiedatum
18 december 2018
Zaaknummer
15/870638-18
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep tegen beschikking voorlopige hechtenis in drugszaken met misbruik van functionele bevoegdheden

In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 12 december 2018 uitspraak gedaan in het hoger beroep van een verdachte die in voorlopige hechtenis was genomen. De verdachte, geboren in Suriname in 1964 en thans verblijvende in een huis van bewaring te Alphen aan den Rijn, had hoger beroep ingesteld tegen een beschikking van de rechtbank Noord-Holland, locatie Haarlem, die op 14 november 2018 een bevel tot zijn gevangenhouding had gegeven. Het hof heeft kennisgenomen van de akte van de griffier van de rechtbank en de stukken met betrekking tot de voorlopige hechtenis van de verdachte. Tijdens de behandeling in raadkamer heeft de raadsvrouw van de verdachte, mr. M.H. Aalmoes, een mondeling verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis ingediend.

Het hof heeft de beschikking van de rechtbank overgenomen en voegde hieraan toe dat er sprake is van een geschokte rechtsorde, mede omdat de verdachte zijn functionele bevoegdheden als bagagemedewerker op Schiphol zou hebben misbruikt. Het hof oordeelde dat, gezien de ernst van de feiten, schorsing van de voorlopige hechtenis alleen mogelijk zou zijn bij zeer bijzondere persoonlijke omstandigheden, waarvan niet was gebleken. Daarom werd het verzoek tot schorsing afgewezen.

De beslissing van het hof was om het beroep tegen de bestreden beschikking af te wijzen, evenals het verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis. Deze beschikking werd gegeven in raadkamer door de voorzitter en twee raadsheren, met de griffier aanwezig. De advocaat-generaal heeft de beschikking ter kennis van de verdachte gebracht.

Uitspraak

15/870638-18
GERECHTSHOF AMSTERDAM,
MEERVOUDIGE STRAFKAMER, RAADKAMER
BESCHIKKINGin raadkamer op het hoger beroep in de zaak van
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] (Suriname) op [geboortedatum] 1964,
wonende te [adres],
thans verblijvende in het huis van bewaring te Alphen aan den Rijn,
tegen de beschikking van de rechtbank Noord-Holland, locatie Haarlem van 14 november 2018, voor zover houdende bevel tot zijn gevangenhouding.

De feiten en de rechtsgang

Het hof heeft kennis genomen van de akte van de griffier van de rechtbank Noord-Holland, locatie Haarlem van 16 november 2018, waarbij namens de verdachte hoger beroep is ingesteld tegen voormelde beschikking van die rechtbank.
Het hof heeft gezien de beschikking waarvan beroep en heeft kennis genomen van de stukken betrekking hebbend op de voorlopige hechtenis van de verdachte en heeft gehoord de advocaat-generaal en de verdachte, bijgestaan door diens raadsvrouw mr. M.H. Aalmoes.
Bij de behandeling in raadkamer heeft de raadsvrouw namens de verdachte een mondeling schorsingsverzoek gedaan.

De beoordeling

Het hof verenigt zich met de beschikking waarvan beroep, voor zover aan het oordeel van het hof onderworpen, en de gronden waarop deze berust. Het hof neemt de motivering van de rechtbank over. In aanvulling daarop weegt het hof in het kader van de beoordeling of van een geschokte rechtsorde sprake is ook mee dat het er op lijkt dat de verdachte zijn functionele bevoegdheden als bagagemedewerker op Schiphol heeft misbruikt.
Met betrekking tot het door de verdachte mondeling gedane verzoek tot schorsing overweegt het hof dat er sprake is van een zeer ernstig feit en een geschokte rechtsorde. Onder die omstandigheden kan van een schorsing alleen sprake zijn als zich zeer bijzondere persoonlijke omstandigheden voordoen. Daarvan is niet gebleken. Om die reden zal het hof het verzoek van de verdachte afwijzen.

15.870638-18

De beslissing

Het hof:
WIJST AF het beroep tegen de bestreden beschikking, voor zover aan het oordeel van het hof onderworpen.
WIJST AF het verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis.
Deze beschikking is gegeven op 12 december 2018 in raadkamer van dit hof door
mr. I.M.H. van Asperen de Boer- Delescen, voorzitter,
mrs. J.L. Bruinsma en A.M.P. Geelhoed, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. S.A.M. Borg als griffier.
De advocaat-generaal bij dit gerechtshof brengt vorenstaande beschikking ter kennis van de verdachte.
Amsterdam, 12 december 2018,
de advocaat-generaal