Uitspraak
thans gedetineerd te PI Noord-Holland Noord, Unit Zuyder Bos te Heerhugowaard,
Gerechtshof Amsterdam
Op 7 februari 2018 heeft het Gerechtshof Amsterdam in raadkamer een verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis van de verdachte behandeld. De verdachte, geboren in 1993 en momenteel gedetineerd in PI Noord-Holland Noord, had verzocht om schorsing van zijn voorlopige hechtenis. Het hof heeft kennisgenomen van de relevante stukken, waaronder een vonnis van de rechtbank Noord-Holland van 15 mei 2017, waaruit blijkt dat de verdachte eerder is veroordeeld voor zeer ernstige feiten. Tijdens de zitting waren de advocaat-generaal, de verdachte zelf en zijn raadsvrouw, mr. S. Aytemür, aanwezig.
Het hof heeft overwogen dat de ernst van de feiten en de geschokte rechtsorde een belangrijke rol spelen in de beoordeling van het verzoek. De aanwezigheid van een veroordelend vonnis versterkt de argumenten tegen schorsing. Het hof concludeert dat er geen zeer bijzondere persoonlijke omstandigheden zijn die een schorsing van de voorlopige hechtenis rechtvaardigen. Daarom heeft het hof besloten het verzoek van de verdachte af te wijzen. De beschikking is gegeven in raadkamer en de advocaat-generaal heeft de beschikking ter kennis gebracht van de verdachte.