ECLI:NL:GHAMS:2018:4233
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid in hoger beroep wegens afwezigheid verdachte en gebrek aan grieven
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 2 november 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam, dat op 13 november 2017 was gewezen. De verdachte, geboren in Indonesië in 1969, was niet verschenen op de zitting en zijn raadsman gaf aan niet gemachtigd te zijn om de verdachte te verdedigen. Er was geen schriftelijke indiening van grieven of mondelinge bezwaren tegen het vonnis. Het hof heeft vastgesteld dat er geen rechtens te respecteren belang was dat een onderzoek van de zaak rechtvaardigde. Gelet op artikel 416, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, heeft het hof de verdachte niet-ontvankelijk verklaard in het hoger beroep. De beslissing is genomen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof, waarin drie rechters zitting hadden. Het arrest is openbaar uitgesproken op dezelfde datum als de uitspraak.