ECLI:NL:GHAMS:2018:3648
Gerechtshof Amsterdam
- Raadkamer
- Rechtspraak.nl
Voorlopige hechtenis en schorsingsverzoek in hoger beroep
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 19 september 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beschikking van de rechtbank Noord-Holland, locatie Haarlem, van 22 augustus 2018, die een bevel tot gevangenhouding van de verdachte inhield. De verdachte, geboren in 1992 en thans verblijvende in het huis van bewaring PI Noord Holland Noord - HvB Zwaag, heeft hoger beroep ingesteld tegen deze beschikking. Tijdens de behandeling in raadkamer heeft de advocaat van de verdachte, mr. M.M.J. Nuijten, een mondeling schorsingsverzoek gedaan.
Het hof heeft de beschikking waarvan beroep en de relevante stukken met betrekking tot de voorlopige hechtenis van de verdachte bestudeerd. Het hof heeft de advocaat-generaal en de raadsman van de verdachte gehoord, evenals de verdachte zelf, die later werd gehoord vanwege transportproblemen. Het hof heeft zich verenigd met de gronden van de beschikking van de rechtbank en heeft de ernstige bezwaren tegen de verdachte bevestigd, onder andere op basis van verklaringen van de zus van de verdachte.
Het hof heeft het schorsingsverzoek afgewezen, omdat er bij de verdachte sprake lijkt te zijn van psychische problematiek en er een multidisciplinaire rapportage is aangevraagd. Aangezien deze rapportage nog niet gereed is, kan het hof niet inschatten hoe groot het recidivegevaar is en of dit kan worden ingeperkt door schorsingsvoorwaarden. Daarom is schorsing van de voorlopige hechtenis niet aangewezen. De beslissing van het hof is dat het beroep tegen de bestreden beschikking wordt afgewezen, evenals het verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis.