ECLI:NL:GHAMS:2018:320

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
30 januari 2018
Publicatiedatum
31 januari 2018
Zaaknummer
200.221.844/01
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep kort geding
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verbetering van een eerder arrest in hoger beroep kort geding inzake bewindvoering

In deze zaak, die voorlag bij het Gerechtshof Amsterdam, betreft het een hoger beroep in een kort geding. De vennootschap onder firma Pranger Bewindvoering, vertegenwoordigd door mr. F.W. Brugman, was appellante in de hoofdzaak en eiseres in het incident. De tegenpartij was Woningstichting Rochdale, vertegenwoordigd door mr. R.N.E. Visser, die als geïntimeerde in de hoofdzaak en verweerster in het incident optrad. Het hof had eerder op 23 januari 2018 een arrest uitgesproken, maar constateerde dat dit arrest een kennelijke fout bevatte. In het arrest was abusievelijk vermeld dat het was gewezen door mr. C.A.H.M. ten Dam, terwijl dit mr. C. Uriot diende te zijn. Het hof heeft besloten deze fout ambtshalve te herstellen. In de beslissing van 30 januari 2018 heeft het hof de verbetering doorgevoerd, zodat in het dictum nu correct vermeld staat dat het arrest is gewezen door mr. C. Uriot. Deze verbetering is op de minuut van het eerdere arrest gesteld, waarmee de juridische procedure correct is voortgezet.

Uitspraak

GERECHTSHOF AMSTERDAM

afdeling civiel recht en belastingrecht, team I
zaaknummer gerechtshof : 200.221.844/01 KG
zaak- en rolnummer rechtbank Noord-Holland : 6046276 VV EXPL 17-50
arrest van de meervoudige burgerlijke kamer van 30 januari 2018
inzake
de vennootschap onder firma PRANGER BEWINDVOERINGin haar hoedanigheid van bewindvoerder van
[X],
gevestigd te Wormerveer,
appellante in de hoofdzaak,
eiseres in het incident,
advocaat: mr. F.W. Brugman te Wognum,
tegen:
WONINGSTICHTING ROCHDALE,
gevestigd te Amsterdam,
geïntimeerde in de hoofdzaak,
verweerster in het incident,
advocaat: mr. R.N.E. Visser te Amsterdam.

1.Het geding in hoger beroep

Het hof heeft in deze zaak op 23 januari 2018 een arrest uitgesproken.

2.Beoordeling

Het hof heeft geconstateerd dat het arrest een kennelijke fout bevat, die zich voor eenvoudig (ambtshalve) herstel leent. Abusievelijk is vermeld dat het arrest gewezen is door (onder anderen) mr. C.A.H.M. ten Dam, terwijl dit mr. C. Uriot dient te zijn.
Het hof zal voornoemde kennelijke fout daarom verbeteren.

3.Beslissing

Het hof:
verbetert het in deze zaak op 23 januari 2018 uitgesproken arrest aldus dat in het dictum voor “C.A.H.M. ten Dam” wordt gelezen “C. Uriot”.
stelt de verbetering op de minuut van dat arrest.
Dit arrest is gewezen door mrs. R.J.M. Smit, J.C.W. Rang en C. Uriot en door de rolraadsheer in het openbaar uitgesproken op 30 januari 2018.