ECLI:NL:GHAMS:2018:200

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
31 januari 2018
Publicatiedatum
29 januari 2018
Zaaknummer
13/684534-17
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Raadkamer
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Schorsing van voorlopige hechtenis onder voorwaarden met intensievere begeleiding door reclassering

In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 17 januari 2018 in raadkamer uitspraak gedaan over het hoger beroep van de verdachte tegen de beschikking van de rechtbank Amsterdam van 29 december 2017. De rechtbank had het verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis van de verdachte afgewezen. De verdachte, geboren in 1996 en thans verblijvende in het huis van bewaring Zaanstad, heeft hoger beroep ingesteld. Het hof heeft kennisgenomen van de relevante stukken, waaronder een rapport van de reclassering van 27 december 2017, waarin schorsing onder voorwaarden mogelijk werd geacht. De verdachte heeft zich bereid verklaard om mee te werken aan de voorwaarden die de reclassering heeft gesteld, waaronder een meldplicht en een behandelverplichting bij Inforsa.

Het hof heeft geoordeeld dat het van belang is dat de verdachte intensiever wordt begeleid door de reclassering. Ondanks de snelle recidive van de verdachte heeft het hof besloten de voorlopige hechtenis te schorsen tot aan de inhoudelijke behandeling van de strafzaak, die is gepland op 30 maart 2018. De beslissing houdt in dat de verdachte zich aan verschillende voorwaarden moet houden, waaronder het niet onttrekken aan de tenuitvoerlegging van de voorlopige hechtenis en het meewerken aan de behandeling bij Inforsa.

De beschikking is gegeven door de voorzitter en twee raadsheren in tegenwoordigheid van de griffier. De advocaat-generaal heeft de beschikking ter kennis van de verdachte gebracht. De schorsing van de voorlopige hechtenis gaat in op 18 januari 2018 om 12:00 uur en blijft van kracht tot de inhoudelijke behandeling van de zaak.

Uitspraak

13/684534-17
GERECHTSHOF AMSTERDAM,
MEERVOUDIGE STRAFKAMER, RAADKAMER
BESCHIKKINGin raadkamer op het hoger beroep in de zaak van
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1996,
wonende te [adres 1],
thans verblijvende in het huis van bewaring Zaanstad te Westzaan,
tegen de beschikking van de rechtbank Amsterdam van 29 december 2017, voor zover houdende afwijzing van het verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis van de verdachte.

De feiten en de rechtsgang

Het hof heeft kennis genomen van de akte van de griffier van de rechtbank Amsterdam van
2 januari 2018, waarbij namens de verdachte hoger beroep is ingesteld tegen voormelde beschikking van die rechtbank.
Het hof heeft gezien de beschikking waarvan beroep en heeft kennis genomen van de stukken betrekking hebbend op de voorlopige hechtenis van de verdachte en heeft gehoord de advocaat-generaal en de verdachte, bijgestaan door diens raadsman mr. F.M.M.M. Vogels.

De beoordeling

De reclassering heeft bij haar rapport van 27 december 2017 schorsing mogelijk geacht onder de voorwaarden van een meldplicht, een behandelverplichting bij Inforsa en andere voorwaarden het gedrag betreffend. De verdachte is daartoe bereid en al aangemeld bij Inforsa. Het hof vindt het van belang dat de verdachte wordt onderzocht en dat de reclassering zich intensiever met hem zal bezighouden dan tot nu toe het geval was. Om die reden zal het hof de voorlopige hechtenis van de verdachte, ondanks zijn snelle recidive, schorsen tot aan de inhoudelijke behandeling van zijn strafzaak, op dit moment voorzien op 30 maart 2018. Alsdan kan op de zitting bekeken worden of en hoe de verdachte heeft meegewerkt aan de aanwijzingen van de reclassering.
13/684534-17

De beslissing

Het hof:
WIJST TOE het beroep tegen de bestreden beschikking, voor zover aan het oordeel van het hof onderworpen.
SCHORST het bevel tot voorlopige hechtenis van de verdachte met ingang van
18 januari 2018 te 12:00 uurtot aan de inhoudelijke behandeling van zijn zaak, welke beslissing afzonderlijk zal worden geminuteerd.
Deze beschikking is gegeven op 17 januari 2018 in raadkamer van dit hof door
mr. J.L. Bruinsma, voorzitter,
mrs. M.M.H.P. Houben en M. Senden, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. D. Boessenkool als griffier.
De advocaat-generaal bij dit gerechtshof brengt vorenstaande beschikking ter kennis van de verdachte.
Amsterdam, 17 januari 2018,
de advocaat-generaal
13/684534-17
GERECHTSHOF AMSTERDAM,
MEERVOUDIGE STRAFKAMER, RAADKAMER
SCHORSINGSBESCHIKKING
Het hof heeft bij beschikking van heden in de zaak van:
[verdachte],
geboren te Amsterdam op [geboortedag] 1996,
wonende te [adres 1],
thans verblijvende in het huis van bewaring Zaanstad te Westzaan,
het beroep tegen de beschikking van de rechtbank Amsterdam van 29 december 2017, voor zover aan het oordeel van het hof onderworpen, toegewezen.

De beoordeling

Het hof acht termen aanwezig de schorsing van de voorlopige hechtenis te bevelen onder de navolgende voorwaarden.

De beslissing

Het hof:
SCHORST het bevel tot voorlopige hechtenis van de verdachte met ingang van
18 januari 2018 te 12:00 uurtot aan de inhoudelijke behandeling van zijn strafzaak, welke thans is voorzien op
30 maart 2018
zulks onder de voorwaarden dat de verdachte:
1. indien de opheffing van de schorsing mocht worden bevolen, zich niet aan de tenuitvoerlegging van het bevel tot voorlopige hechtenis zal onttrekken;
2. ingeval hij wegens het feit waarvoor de voorlopige hechtenis is bevolen tot andere dan vervangende vrijheidsstraf mocht worden veroordeeld, zich aan de tenuitvoerlegging daarvan niet zal onttrekken;
3. bij iedere oproeping vanwege een justitiële instantie in persoon zal verschijnen;
4. zich niet zal schuldig maken aan strafbare feiten;
5. ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verleent aan het
nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in
artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
6. elke adreswijziging schriftelijk door zal geven aan de officier van justitie in het arrondissementsparket Amsterdam onder vermelding van 13/684534-17;
7. zich, na daartoe te zijn opgeroepen, meldt bij Reclassering Nederland [adres 2]). Hierna is de verdachte verplicht zich te blijven melden zo frequent en zo lang de Reclassering Nederland dit noodzakelijk acht;
13/684534-17
8. zich laat onderzoeken en behandelen bij de polikliniek van Inforsa dan wel een soortgelijke ambulante forensische zorginstelling, zulks ter beoordeling van de Reclassering Nederland, waarbij hij zich zal houden aan de aanwijzingen die hem in het kader van die behandeling door of namens de instelling/behandelaar zullen worden gegeven. Alvorens de behandeling gestart kan worden, dient er eerst diagnostiek plaats te vinden;
9. meewerkt aan andere voorwaarden het gedrag betreffende, zulks te beoordelen door de Reclassering Nederland.
Deze beschikking is gegeven op 17 januari 2018 in raadkamer van dit hof door
mr. J.L. Bruinsma, voorzitter,
mrs. M.M.H.P. Houben en M. Senden, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. D. Boessenkool als griffier.
De advocaat-generaal bij dit gerechtshof brengt vorenstaande beschikking ter kennis van de verdachte.
Amsterdam, 17 januari 2018,
de advocaat-generaal