Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.Ontstaan en loop van het geding
2.Feiten
KABELLEGREGELING(…)
Artikel 11.1. De gemeente zal met inachtneming van het bepaalde in de volgende artikelen en mits dit niet in strijd is met terzake dien[en]de voorschriften aan [A] op haar verzoek schriftelijk goedkeuring verlenen om in, aan, op of boven gemeentelijke eigendommen, al dan niet met een openbare bestemming, en eigendommen van [A] of anderen, voor zover deze laatsten een openbare bestemming hebben en daarvoor op grond van enig publiekrechtelijk voorschrift aan de gemeente vergunning of ontheffing moet worden gevraagd, om niet werken aan te brengen, te hebben, houden, gebruiken, onderhouden, wijzigen en verwijderen.
1.2. De gemeente zal ook in de toekomst geen recognities, retributies of vergoedingen vorderen voor activiteiten van [A] ten behoeve van haar elektriciteits- en telecommunicatienet en de elektriciteitsvoorziening.
(…)
Artikel 9
(…)
1. De gemeente verleent met uitsluiting van ieder ander aan het [B] het recht om op het grondgebied van de gemeente werkzaam te zijn, terzake van de gasvoorziening (…).
(…)
Artikel 3
De gemeente verbindt zich van het [B] geen retributies te heffen voor het hebben van voorwerpen in, op of boven voor de openbare dienst bestemde grond en geen recognities te vorderen voor zodanig gebruik van eigendommen van de gemeente.
Artikel 4
De gemeente verleent aan het [B], met uitsluiting van anderen dan de N.V. [C], vergunningen, ontheffingen of anderszins voor het leggen, aanbrengen, hebben, wijzigen, onderhouden en uitbreiden van voor de gasvoorziening van belang zijnde voorwerpen in, op of boven voor de openbare dienst bestemde grond en water.
OVERWEGENDE(A) de Gemeente houdt 11 aandelen in (…) “N.V. Houdstermaatschappij [B]”, (…) hierna te noemen “Houdster [B]”
(B) Houdster [B] houdt 30% van alle aandelen (de “Aandelen”) in het kapitaal van [A] en (…) “N.V. [A] Houdstermaatschappij”, (…) hierna te noemen “Houdster [A]” en tezamen met Houdster [B], de “Verkopers” (…) houdt 70% van de Aandelen;
(C) Op 18 december 2002 zijn de Verkopers met de Koper [Hof: N.V. [D]] een overeenkomst aangegaan (de “Overeenkomst”) waarbij de Koper alle aandelen in het kapitaal van [A] heeft gekocht van de Verkopers;
(…)
Artikel 1
Definities1.1 Begrippen en termen in deze Precario Overeenkomst die met een hoofdletter zijn aangeduid en niet anders zijn gedefinieerd, zullen de betekenis hebben als hieronder omschreven.
(…)
Leveringsdatum: 10 maart 2003
(…)
Vennootschappen [A], Dochtermaatschappijen en Stichtingen, zoals
gedefinieerd in de Overeenkomst of hun rechtsopvolgers.
(…)
Artikel 2
Precarioverhoging/Nieuwe Precario2.1 Gedurende een periode van 10 (tien) jaar na de Leveringsdatum zal de Gemeente niet overgaan tot een Precarioverhoging of het opleggen van een Nieuwe Precario, met uitzondering van Precarioverhogingen en/of Nieuwe Precario die voorgeschreven zijn door de centrale overheid of landelijk op de sector van toepassing worden verklaard.
(…).”
Onder de naam precariobelasting wordt een directe belasting geheven ter zake van het hebben van buizen, kabels, draden of leidingen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond, bedoeld of genoemd in deze verordening.
Artikel 3 Belastingplicht
1. Ter zake van buizen, kabels, draden, of leidingen ter zake waarvan op grond van de Gaswet of de Elektriciteitswet een netbeheerder is aangewezen, wordt de precariobelasting geheven van de door de minister aangewezen netbeheerder.
2. In alle andere gevallen wordt de precariobelasting geheven van degene die de buizen, kabels, draden of leidingen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond heeft, dan wel van degenen ten behoeve van wie dat voorwerp of die voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond aanwezig zijn.”
1. [Y] draagt met terugwerkende kracht met ingang van 1 januari 2014 aan [belanghebbende] over bij wijze van onverdeeld aandeel daarin de rechten uit artikel 3 van de Exploitatie-overeenkomst en artikel 1 van de Kabellegregeling om de gasnetten en de elektriciteitsnetten in de gemeente Renswoude aanwezig te mogen hebben etc., zoals hiervoor geciteerd, zodat derhalve de gemeente daarvoor ook niet aan [belanghebbende] precariobelasting en/of een andere vergoeding kan opleggen.
2. [Y] en [belanghebbende] verklaren dat ieder mede ten behoeve van de ander de rechten jegens de gemeente kan uitoefenen.
3. [Belanghebbende] draagt bij voorbaat haar aandeel in de rechten terug over aan [Y], subsidiair verplicht [belanghebbende] zich op eerste verzoek van [Y] daartoe over te gaan (…).
[Belanghebbende] zal mede namens [Y] deze overeenkomst c.q. overdracht ter kennis brengen van de gemeente.”
3.Geschil in hoger beroep
4.4. Beoordeling van het geschil
De omstandigheid dat de Kabellegregeling per 1 januari 2015 door de gemeente is beëindigd leidt voor de onderhavige belastingaanslag (betreffende een tijdvak van het jaar 2014) niet tot een ander oordeel, omdat de belastingaanslag betrekking heeft op een tijdvak van het jaar 2014, terwijl voorts de Kabellegregeling ook na 1 januari 2015 gelding behoudt, gelet op hetgeen is bepaald in artikel 9, eerste lid, van die overeenkomst.
Dit oordeel is volgens belanghebbende niet achterhaald door latere jurisprudentie van de Hoge Raad.
belanghad bij de in die zaak door N.V. [Y] ingestelde vordering(en). Daaruit volgt niet dat belanghebbende een zelfstandig recht heeft op door rechtsopvolgers van [A] en [B] aan de overeenkomsten te ontlenen rechten. Voorts doet de heffingsambtenaar een beroep op het arrest HR 24 juni 2016, 14/05718, ECLI:NL:HR:2016:1270, BNB 2016/209 (hierna: het arrest BNB 2016/209).
Bovendien kan de in artikel 1 van deze overeenkomst vermelde terugwerkende kracht met ingang van 1 januari 2014 niet bewerkstelligen dat die overeenkomst ter zake van een aan het tijdstip van totstandkoming van die overeenkomst voorafgaand jaar of heffingstijdvak effect heeft voor de heffing van precariobelasting.