Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.Ontstaan en loop van het geding
2.2. Feiten
Hof, hierna: het gebouw] dat is ingericht voor geconditioneerde opslag en rijping van fruit. In het bedrijfsgebouw bevinden zich door de vorige eigenaar aangebrachte koel- en rijpingscellen en stellages.
(…)
De verkoper drijft een vergelijkbare onderneming en heeft de hal laten bouwen omstreeks 2005.
(…)
Globaal gesteld zijn er verschillende soorten ruimten waarneembaar in het gebouw. We betreden het gebouw via een ruimte waar kamertemperatuur heerst. (…) De ruimte kan worden aangeduid als garderobe/kleedkamer/wachtruimte/verzamelruimte/voorportaal.
Vervolgens betreden we de “grote” hal. Daar heerst een temperatuur voor opslag van de producten, van circa 4°C. Aan de overzijde van de toegangsdeur bevindt zich een strook, waarin zich de koelruimten bevinden. De toegang wordt geboden via roldeuren. De daarin aanwezige pallets met producten worden aan- en afgevoerd met heftrucks. (…) Op de etage, aan de zijde van de toegangsdeur bevinden zich verder “rijpingsruimten”.
(…)
In het gebouw en in de koelcellen staan stalen stellages voor de opslag van groenten en fruit. (…) Deze stellages zijn in de betonvloer vastgeschroefd.
(…)
De cellen kunnen worden gedemonteerd en zouden elders kunnen worden opgebouwd. Volgens [bedrijf] is hier een markt voor.
Gehoorde verklaart de hal te hebben gekocht met daarin de cellen. Het is niet de bedoeling ze te verwijderen. Zij zullen bij wijze van spreken over tien jaar nog aanwezig zijn.”
Ten tijde van de taxatie is het vastgoed in bezit van:
[verkoper] (...)
(…)
Typering object Betreft een bedrijfsgebouw met geconditioneerde bedrijfsruimte, koel- en rijpcellen op de begane grond. Op de 1e etage verpakkingsruimte met rijpcellen. De 2e etage is te gebruiken als opslagruimte. Object beschikt verder over circa 1.890 m2 kantoorruimte, 82 parkeerplaatsen, 5 opstelplaatsen voor vrachtwagens en 18 loading docks.
(…)
Bouwjaar 2007.
(…)
Voorzieningen
Bedrijfsruimte:- 18 loading docks
- Stalen stellages (in betonvloer verankerd)
(…)
Functionaliteit Object is specifiek gebouwd voor de vorige eigenaar.
(…)
De vloerbelasting op de begane grond is 2.000 kg/m2. De vloerbelasting
op de etage is 1.000 kg/m2. Deze vloerbelasting is voor het gebruik in
groente en fruitsector passend. Voor een regulier distributiecentrum zou de
vloerbelasting aan de te lage kant zijn.
(…)
Verkoopbaarheid (…)
Het betreft een specifiek object, hierdoor zijn de gebruiksmogelijkheden
van het object beperkt. (…) Vaak willen eigenaren niet verkopen aan
concurrenten welke actief zijn in dezelfde branche. Onderhavig object
huidige eigenaar wilde niet verkopen aan concurrenten.
(…)
Marktwaarde € 8.000.000 (…)”
Als bouwjaar van deze in het gebouw aanwezige installatie(s) is in het rapport vermeld: 2006/2007.
3.3. Geding na cassatie
4.Geschil na verwijzing
5.Beoordeling van het geschil
werkzijn in de zin van artikel 3:3 BW, dan zijn die cellen en stellages volgens belanghebbende niet direct of indirect verenigd met de grond. Van indirecte vereniging als bedoeld in artikel 3:3 BW is in het bijzonder geen sprake, omdat deze categorie uitsluitend ziet op zaken die door middel van een opstalrecht zijn verzelfstandigd. Een andere (ruimere) uitleg van artikel 3:3 BW zou artikel 3:4 BW volgens belanghebbende zinledig maken.
Voor de rijpingscellen geldt hetzelfde en deze zijn bovendien volgens belanghebbende pas na verloop van een aantal jaren geplaatst. Eén en ander was ook conform de intentie van de opdrachtgever (de verkoper van het gebouw) die, aldus belanghebbende, de mogelijkheid wilde hebben om snel in te springen op veranderende marktomstandigheden. Het gebouw moest dan ook zo ingericht worden dat gemakkelijk een koelcel vervangen kon worden door een rijpingscel en andersom. De cellen en de stellages zijn volgens belanghebbende naar hun aard en inrichting niet bestemd om duurzaam in het gebouw te zijn opgesteld.
Het arrest HR 27 september 2013, nr. 12/01929, ECLI:NL:HR:2013:CA0813, BNB 2013/248 (WKK), acht belanghebbende in het onderhavige geval niet van overeenkomstige toepassing. Uit dit arrest kan niet worden afgeleid dat indirecte vereniging met het gebouw waarin de in geschil zijnde objecten (werken) zijn geplaatst tevens ziet op zaken waarop geen opstalrecht is gevestigd.
3.3.4. Het Hof heeft (…) overwogen dat de WKK blijkens de vaststaande feiten en de in geding gebrachte foto's, tekeningen en omschrijvingen daarvan zowel visueel als functioneel een geheel vormt met de overige onderdelen van het complex waarvan zij deel uitmaakt en waarin belanghebbende haar onderneming exploiteert. Kennelijk op grond van deze feitelijke en niet onbegrijpelijke vaststelling heeft het Hof in onderdeel 7.5 van zijn uitspraak geoordeeld dat de WKK naar aard en inrichting bestemd is om duurzaam ter plaatse te blijven en dat die bestemming naar buiten kenbaar is. Dat oordeel is aldus niet onbegrijpelijk of onvoldoende gemotiveerd. De daartegen gerichte motiveringsklachten falen derhalve.