In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 27 juli 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Amsterdam. De verdachte, een jongere die de leeftijd van 12 jaar had bereikt, was niet nagekomen aan de verplichting om zijn school, RocvA Mbo College Westpoort, geregeld te bezoeken, zoals vereist door de Leerplichtwet 1969. De kantonrechter had de verdachte eerder veroordeeld tot een werkstraf van 60 uur, waarvan 30 uur voorwaardelijk, met als bijzondere voorwaarde de Maatregel Toezicht en Begeleiding. De advocaat-generaal had in hoger beroep een lagere werkstraf van 50 uur geëist, ook met voorwaardelijke voorwaarden. Tijdens de zitting in hoger beroep bleek echter dat zowel de verdachte als zijn vader afwijzend stonden tegenover hulpverlening, wat het hof deed besluiten dat het opleggen van bijzondere voorwaarden niet zinvol zou zijn. Het hof oordeelde dat de opgelegde taakstraf onvoldoende recht deed aan de ernst van het feit en dat een geheel onvoorwaardelijke taakstraf passend was. Het hof vernietigde het vonnis van de kantonrechter en legde de verdachte een werkstraf van 60 uur op, zonder bijzondere voorwaarden. De beslissing is gebaseerd op de artikelen 2 en 26 van de Leerplichtwet 1969 en relevante artikelen van het Wetboek van Strafrecht.