ECLI:NL:GHAMS:2017:45

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
11 januari 2017
Publicatiedatum
12 januari 2017
Zaaknummer
13-703196-16
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep gevangenhouding zonder plan van aanpak onder regie reclassering

In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 11 januari 2017 uitspraak gedaan in het hoger beroep van de verdachte, die in voorlopige hechtenis was genomen. De verdachte, geboren in 1970 en thans verblijvende in het huis van bewaring PI Flevoland te Almere, had hoger beroep ingesteld tegen de beschikking van de rechtbank Amsterdam van 12 december 2016, die een bevel tot zijn gevangenhouding inhield. Het hof heeft kennisgenomen van de akte van de griffier van de rechtbank, waarin het hoger beroep werd ingesteld, en heeft de beschikking waarvan beroep en de relevante stukken met betrekking tot de voorlopige hechtenis bestudeerd. Tijdens de behandeling in raadkamer heeft het hof de advocaat-generaal en de verdachte, bijgestaan door zijn raadsvrouw mr. C.H. van Keulen, gehoord.

Het hof heeft zich verenigd met de beschikking van de rechtbank, voor zover deze aan het oordeel van het hof onderworpen was. Het hof voegt echter de kleine recidivegrond toe, gezien het feit dat de verdachte meerdere keren is veroordeeld voor geweldsdelicten. Het hof oordeelt dat er geen situatie als bedoeld in artikel 67a, derde lid, van het Wetboek van Strafvordering (Sv) aanwezig is. De verdachte heeft aangegeven dat hij samen met zijn vriendin een plan van aanpak heeft gemaakt om het recidiverisico te verminderen, maar het hof is van mening dat alleen een plan onder regie van de reclassering voldoende waarborg biedt tegen het recidivegevaar. Aangezien er nog geen dergelijk plan is, ziet het hof geen mogelijkheid om de voorlopige hechtenis te schorsen.

De beslissing van het hof is dat het beroep tegen de bestreden beschikking wordt afgewezen, evenals het verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis. Deze beschikking is gegeven in raadkamer op 11 januari 2017 door de voorzitter en de raadsheren, in aanwezigheid van de griffier. De advocaat-generaal heeft de beschikking ter kennis van de verdachte gebracht.

Uitspraak

13-703196-16
GERECHTSHOF AMSTERDAM,
MEERVOUDIGE STRAFKAMER, RAADKAMER
BESCHIKKINGin raadkamer op het hoger beroep in de zaak van
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1970,
wonende [adres],
thans verblijvende in het huis van bewaring PI Flevoland - HvB Almere Binnen te Almere,
tegen de beschikking van de rechtbank Amsterdam van 12 december 2016, voor zover houdende bevel tot zijn gevangenhouding.

De feiten en de rechtsgang

Het hof heeft kennisgenomen van de akte van de griffier van de rechtbank Amsterdam van 16 december 2016, waarbij namens de verdachte hoger beroep is ingesteld van voormelde beschikking van die rechtbank.
Het hof heeft gezien de beschikking waarvan beroep en heeft kennisgenomen van de stukken betrekking hebbend op de voorlopige hechtenis van de verdachte en heeft gehoord de advocaat-generaal en de verdachte, bijgestaan door diens raadsvrouw mr. C.H. van Keulen.

De beoordeling

Het hof verenigt zich met de beschikking waarvan beroep, voor zover aan het oordeel van het hof onderworpen, en de gronden waarop deze berust, met dien verstande dat het hof de zogeheten kleine recidivegrond toevoegt.
Gelet op het feit dat de verdachte verschillende malen is veroordeeld voor geweldsdelicten, is het hof van oordeel dat een omstandigheid als bedoeld in artikel 67a, derde lid, Sv zich thans niet voordoet.
De verdachte heeft bij de behandeling in raadkamer toegelicht dat hij met zijn vriendin voor zichzelf een plan van aanpak heeft gemaakt om het recidiverisico te verminderen. In verband daarmee heeft hij subsidiair schorsing van de voorlopige hechtenis gevraagd. Het hof is echter van oordeel dat alleen een plan van aanpak onder regie van de reclassering een voldoende waarborg kan bieden tegen het aanwezige recidivegevaar. Zolang zo’n plan er nog niet is ziet het hof geen mogelijkheid om tot een verantwoorde schorsing van de voorlopige hechtenis te komen.
13-703196-16

De beslissing

Het hof:
WIJST AF het beroep tegen de bestreden beschikking, voor zover aan het oordeel van het hof onderworpen.
WIJST AF het verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis.
Deze beschikking is gegeven op 11 januari 2017 in raadkamer van dit hof door
mr. J.L. Bruinsma, voorzitter,
mrs. M.J.G.B. Heutink en R.A.F. Gerding, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. A.F. van der Heide als griffier.
De advocaat-generaal bij dit gerechtshof brengt vorenstaande beschikking ter kennis van de verdachte.
Amsterdam, 11 januari 2017,
de advocaat-generaal