ECLI:NL:GHAMS:2017:3902
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- C.G. Kleene-Eijk
- R.J.F. Thiessen
- I.A. Haanappel-van der Burg
- Rechtspraak.nl
Kennelijk onredelijk ontslag en schadevergoeding bij arbeidsovereenkomst
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 26 september 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep over een geschil tussen [appellant] en DNATA B.V. over de kennelijke onredelijkheid van een ontslag. [appellant], die op 16 maart 1992 in dienst trad bij DNATA, werd op 29 juli 2014 ontslagen, kort voor zijn pensioendatum. Hij stelde dat het ontslag kennelijk onredelijk was, omdat hij door het ontslag gedwongen werd om zijn pensioen eerder in te laten gaan, wat leidde tot financiële schade. De kantonrechter had zijn vordering tot schadevergoeding afgewezen, maar [appellant] ging in hoger beroep. Het hof oordeelde dat de gevolgen van het ontslag voor [appellant] te ernstig waren in vergelijking met het belang van DNATA bij de opzegging. Het hof vernietigde het vonnis van de kantonrechter en kende [appellant] een schadevergoeding van € 15.000,- toe, te vermeerderen met wettelijke rente vanaf de datum van ontslag. Daarnaast werd DNATA veroordeeld in de proceskosten van beide instanties.