ECLI:NL:GHAMS:2017:3019

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
25 juli 2017
Publicatiedatum
26 juli 2017
Zaaknummer
23-002099-16
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep inzake oplichting en poging tot oplichting via marktplaats.nl met betrekking tot concertkaartjes

In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 25 juli 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De verdachte, geboren in 1990, werd beschuldigd van oplichting en poging tot oplichting door zich voor te doen als verkoper van concertkaartjes voor een concert van de Foo Fighters op de internetsite marktplaats.nl. De tenlastelegging omvatte meerdere handelingen waarbij de verdachte zich voordeed als een bonafide verkoper en het vertrouwen van de slachtoffers wekte door onder andere zijn identiteitskaart te tonen en te beweren dat hij ook naar het concert zou gaan. De feiten vonden plaats in de periode van 4 tot en met 5 november 2015 te Amsterdam.

Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan de ten laste gelegde feiten en heeft het vonnis van de politierechter vernietigd. De verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van 2 dagen en een taakstraf van 60 uur. Daarnaast werd de vordering van de benadeelde partij, die materiële schade had geleden, toegewezen tot een bedrag van € 185,00. Het hof heeft ook de tenuitvoerlegging gelast van een eerder opgelegde voorwaardelijke gevangenisstraf van 1 week, omdat de verdachte zich tijdens de proeftijd opnieuw schuldig had gemaakt aan een strafbaar feit. De uitspraak benadrukt de ernst van de feiten en de impact op het vertrouwen van consumenten in online platforms.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-002099-16
datum uitspraak: 25 juli 2017
TEGENSPRAAK
Verkort arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam van 7 juni 2016 in de strafzaak onder de parketnummers 13-703211-15 en 13-701163-15 (TUL) tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1990,
adres: [adres].

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 11 juli 2017 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.
Tegen voormeld vonnis is namens de verdachte hoger beroep ingesteld.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door de verdachte en de raadsvrouw naar voren is gebracht.

Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 04 november 2015 tot en met 05 november 2015 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, (telkens) met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door een of meer listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, (telkens) [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of een of meer andere(n) (telkens) heeft bewogen tot de afgifte van een of meer geldbedrag(en), in elk geval van enig goed, hebbende verdachte met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid
- zich voorgedaan als aanbieder en/of verkoper van concert-/evenementkaarten (van een concert in de Ziggodome van Foo fighters), in elk geval een of meer goeder(en) op de internetsite marktplaats.nl, en/of - zich voorgedaan als bonafide verkoper, en/of
- ( om vertrouwen te wekken) een of meer voornoemde aangever(s)/gedupeerde(n) voorgesteld (een kopie van) zijn, verdachtes, identiteitskaart/paspoort te tonen, en/of
- ( om vertrouwen te wekken) gezegd dat hij, verdachte, ook naar hetzelfde concert zou gaan en/of
- bij voornoemde aangever(s)/gedupeerde perso(o)n(en) de indruk heeft gewekt dat zij (als enige) in het bezit waren van de kaart(en) op rij 11 stoel 14 en/of 15, terwijl deze kaart(en) aan nog meer, tot op heden onbekende perso(o)n(en) is/zijn doorverkocht;
waardoor [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of een of meer andere(n) werd(en) (telkens) bewogen tot bovenomschreven afgifte;
en/of
hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 04 november 2015 tot en met 05 november 2015 te Amsterdam, in elk geval in Nederland, (telkens) ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door een (of meer) listige kunstgre(e)p(en) en/of door een samenweefsel van verdichtsels, (telkens) [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of een of meer andere(n) (telkens) te bewegen tot de afgifte van een of meerdere geldbedrag(en), in elk geval van enig goed, met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - opzettelijk valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid
- zich voorgedaan als aanbieder en/of verkoper van concert-/evenementkaarten (van een concert in de Ziggodome van Foo fighters), in elk geval een of meer goeder(en) op de internetsite marktplaats.nl, en/of - zich voorgedaan als bonafide verkoper, en/of
- ( om vertrouwen te wekken) een of meer voornoemde aangever(s)/gedupeerde(n) voorgesteld (een kopie van) zijn, verdachtes, identiteitskaart/paspoort te tonen, en/of
- ( om vertrouwen te wekken) gezegd dat hij, verdachte, ook naar hetzelfde concert zou gaan en/of
- bij voornoemde aangever(s)/gedupeerde perso(o)n(en) de indruk heeft gewekt dat zij (als enige) in het bezit waren van de kaart(en) op rij 11 stoel 14 en/of 15, terwijl deze kaart(en) aan nog meer, tot op heden onbekende perso(o)n(en) is/zijn doorverkocht.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zal het hof deze verbeterd lezen. De verdachte wordt daardoor niet in de verdediging geschaad.

Vonnis waarvan beroep

Het vonnis waarvan beroep zal worden vernietigd, omdat het hof tot een enigszins andere bewezenverklaring alsmede een andere beslissing ten aanzien van de straf komt dan de politierechter.

Bewezenverklaring

Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
hij op 04 november 2015 met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse hoedanigheid [slachtoffer 1] heeft bewogen tot de afgifte van een geldbedrag, hebbende verdachte met voor omschreven oogmerk - zakelijk weergegeven – opzettelijk valselijk
- zich voorgedaan als verkoper van concert-/evenementkaarten van een concert in de Ziggodome van Foo fighters, op de internetsite marktplaats.nl, en
- zich voorgedaan als bonafide verkoper, en
- voornoemde aangever voorgesteld zijn identiteitskaart te tonen, en
- om vertrouwen te wekken gezegd dat hij, verdachte, ook naar hetzelfde concert zou gaan en
- bij voornoemde aangever de indruk heeft gewekt dat hij als enige in het bezit was van de kaarten op rij 11 stoel 14 en 15, terwijl deze kaarten aan nog meer, tot op heden onbekende personen zijn doorverkocht;
waardoor [slachtoffer 1] werd bewogen tot bovenomschreven afgifte;
en
op 05 november 2015 te Amsterdam, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse hoedanigheid [slachtoffer 2] te bewegen tot de afgifte van een geldbedrag, met voor omschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - opzettelijk valselijk
- zich voorgedaan als aanbieder van concert-/evenementkaarten van een concert in de Ziggodome van Foo fighters, op de internetsite marktplaats.nl, en
- zich voorgedaan als bonafide verkoper.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd, is niet bewezen. De verdachte moet hiervan worden vrijgesproken.
Het hof grondt zijn overtuiging dat de verdachte het bewezen verklaarde heeft begaan op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat, zoals deze na het eventueel instellen van beroep in cassatie zullen worden opgenomen in de op te maken aanvulling op dit arrest.

Strafbaarheid van het bewezen verklaarde

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezen verklaarde uitsluit, zodat dit strafbaar is.
Het bewezen verklaarde levert op:
oplichting
en
poging tot oplichting.

Strafbaarheid van de verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte ten aanzien van het bewezen verklaarde uitsluit, zodat de verdachte strafbaar is.

Oplegging van straffen

De politierechter in de rechtbank Amsterdam heeft de verdachte voor het in eerste aanleg bewezen verklaarde veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 4 weken met aftrek van de tijd doorgebracht in verzekering en in voorlopige hechtenis.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte voor het ten laste gelegde zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 21 dagen, waarvan 19 dagen voorwaardelijk, met een proeftijd voor de duur van twee jaren alsmede algemene en een bijzondere voorwaarde, te weten meldplicht en reclasseringstoezicht.
De raadsman heeft het hof ter terechtzitting verzocht, gelet op de huidige positieve ontwikkelingen in de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, te volstaan met het opleggen van een gevangenisstraf waarvan de duur, de duur van de in verzekeringstelling niet overschrijdt en daarnaast eventueel een werkstraf.
Het hof heeft in hoger beroep de op te leggen straffen bepaald op grond van de ernst van het feit en de omstandigheden waaronder dit is begaan en gelet op de persoon van de verdachte. Het hof heeft daarbij in het bijzonder het volgende in beschouwing genomen.
De verdachte heeft via Marktplaats.nl feitelijk niet beschikbare concertkaartjes voor een concert van de Foo Fighters aangeboden, waarbij hij zich ten onrechte voordeed als bonafide verkoper. De verdachte heeft op deze wijze zijn slachtoffers geld afhandig gemaakt dan wel gepoogd afhandig te maken. Aldus heeft de verdachte het vertrouwen van zijn slachtoffers beschaamd, hen financieel benadeeld en overlast bezorgd. Het handelen van de verdachte schaadt bovendien het vertrouwen dat consumenten in het algemeen hebben in internetbedrijven als Marktplaats.nl.
In het nadeel van de verdachte weegt het hof mee dat de verdachte blijkens een hem betreffend uittreksel uit de justitiële documentatie van 9 juni 2017 eerder meerdere keren onherroepelijk is veroordeeld voor onder meer vermogensdelicten Bovendien heeft de verdachte het feit begaan terwijl hij nog in een proeftijd liep. Dit alles rechtvaardigt in beginsel een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van enige duur.
Het hof slaat acht op het reclasseringsadvies van 17 januari 2017, waarin wordt geconcludeerd dat gelet op het delictpatroon en de risicofactoren de kans op recidive hoog/gemiddeld is. Geadviseerd wordt aan de verdachte, indien aan hem een (gedeeltelijk) voorwaardelijke straf wordt opgelegd, hieraan als bijzondere voorwaarde een meldplicht te verbinden.
In het voordeel van de verdachte weegt het hof mee dat de verdachte sinds 30 januari 2017 staat ingeschreven bij het ROC van Amsterdam voor de opleiding Maatschappelijke Zorg, hetgeen blijk uit een door de raadsvrouw ter terechtzitting overgelegd bewijs van inschrijving. Uit een door de raadsvrouw overgelegde e-mail van [naam], jeugdadviseur ROC Amsterdam, van 10 juli 2017 blijkt dat de verdachte gretig is begonnen aan zijn opleiding, goed meedoet in de klas en goede cijfers haalt. Het hof waardeert deze ontwikkeling en acht deze niet alleen in het belang van de verdachte maar ook in het belang van de maatschappij.
Het hof stelt vast dat gelet op het bepaalde in artikel 22b, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht oplegging van louter een taakstraf thans is uitgesloten.
Gelet op de ernst van de feiten en de omstandigheid dat verdachte nog in een proeftijd liep, ziet het hof anders dan door de reclassering geadviseerd, geen aanleiding om een deels voorwaardelijke straf op te leggen.
Het hof acht, alles afwegende, een gevangenisstraf voor de duur van de tijd doorgebracht in verzekering en een taakstraf van na te melden duur passend en geboden.

Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1]

De benadeelde partij heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt € 250,00 wegens materiële schade. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep toegewezen tot een bedrag van € 185,00. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep opnieuw gevoegd voor het bedrag van de oorspronkelijke vordering.
De advocaat-generaal heeft ter terechtzitting gevorderd de vordering toe te wijzen tot een bedrag van
€ 185,00 en de benadeelde partij voor het overige niet ontvankelijk te verklaren.
De raadsvrouw heeft het hof ter terechtzitting verzocht ten aanzien van de vordering van de benadeelde partij te beslissen conform de politierechter.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is het hof voldoende gebleken dat de benadeelde partij als gevolg van het bewezen verklaarde handelen van de verdachte rechtstreeks schade heeft geleden tot na te melden bedrag. Deze schade ziet op de door de benadeelde partij van de verdachte gekochte kaartjes en de gemaakte reiskosten. De verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden zodat de vordering tot dat bedrag zal worden toegewezen.
Voor het overige is het hof van oordeel dat behandeling van de vordering een onevenredige belasting van het strafgeding oplevert. In zoverre kan de benadeelde partij daarom thans in de vordering niet worden ontvangen en kan de vordering slechts bij de burgerlijke rechter worden aangebracht.
Om te bevorderen dat de schade door de verdachte wordt vergoed, zal het hof de maatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht opleggen op de hierna te noemen wijze.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
De op te leggen straffen en de schadevergoedingsmaatregel zijn gegrond op de artikelen 22c, 22d, 36f, 45, 63 en 326 van het Wetboek van Strafrecht.
Deze wettelijke voorschriften worden toegepast zoals geldend ten tijde van het bewezen verklaarde.

Vordering tenuitvoerlegging (13.701163.15)

Het openbaar ministerie heeft gevorderd de tenuitvoerlegging van de bij vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam van 23 april 2015 opgelegde voorwaardelijke week gevangenisstraf. Deze vordering is in hoger beroep opnieuw aan de orde.
De advocaat-generaal heeft ter terechtzitting gevorderd de eerder opgelegde voorwaardelijke gevangenisstraf om te zetten in een taakstraf voor de duur van 14 uur, indien niet of niet naar behoren voldaan te vervangen door een week gevangenisstraf.
De raadsvrouw heeft het hof ter terechtzitting primair verzocht de proeftijd voor de duur van een jaar te verlengen, subsidiair de voorwaardelijk opgelegde gevangenisstraf om te zetten in een taakstraf.
Bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken dat de veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt. Het hof hecht er aan dat de veroordeelde de consequenties hiervan ondervindt. Daarom zal de tenuitvoerlegging van die voorwaardelijk opgelegde straf worden gelast, te weten een week gevangenisstraf. Gelet op de geringe duur van deze gevangenisstraf acht het hof het niet noodzakelijk deze om te zetten in een taakstraf, nu niet aannemelijk is dat deze tenuitvoerlegging de verdere schoolgang van de veroordeelde onmogelijk zal maken.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart het bewezen verklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar.
Veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
2 (twee) dagen.
Beveelt dat de tijd die door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in enige in artikel 27, eerste lid, of artikel 27a van het Wetboek van Strafrecht bedoelde vorm van voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.
Veroordeelt de verdachte tot een
taakstrafvoor de duur van
60 (zestig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
30 (dertig) dagen hechtenis.

Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1]

Wijst toe de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [slachtoffer 1] ter zake van het bewezen verklaarde tot het bedrag van € 185,00 (honderdvijfentachtig euro) ter zake van materiële schade en veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
Verklaart de benadeelde partij in de vordering voor het overige niet-ontvankelijk en bepaalt dat de benadeelde partij in zoverre de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
Verwijst de verdachte in de door de benadeelde partij gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Legt aan de verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [slachtoffer 1], ter zake van het bewezen verklaarde een bedrag te betalen van € 185,00 (honderdvijfentachtig euro) als vergoeding voor materiële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 3 (drie) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
Bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen.
Gelast de tenuitvoerlegging van de straf, voor zover voorwaardelijk opgelegd bij vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam van 23 april 2015, parketnummer 13-701163-15, te weten van:
gevangenisstrafvoor de duur van
1 (één) week.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. M.L. Leenaers, mr. M. Iedema en mr. A.M. Ruige, in tegenwoordigheid van mr. A.M. van Tilburg, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 25 juli 2017.
De oudste raadsheer is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.
[…]