In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 18 januari 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland. De verdachte, geboren in 1996, was beschuldigd van diefstal van een jas ter waarde van 109,99 euro, die zij op 25 november 2015 in Alkmaar had weggenomen uit een V&D filiaal. Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd, omdat er slechts aantekening was gedaan zonder een dagbepaling door de rechter, wat in strijd is met de wet. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte het ten laste gelegde feit wettig en overtuigend bewezen heeft geacht, maar heeft haar vrijgesproken van andere tenlastegelegde feiten.
De verdachte is eerder veroordeeld voor (winkel)diefstal en heeft een belast verleden, maar het hof heeft rekening gehouden met haar persoonlijke omstandigheden, waaronder dakloosheid en huiselijk geweld. Ondanks de ernst van het feit en de recidive, heeft het hof besloten om een voorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen van vier weken, met een proeftijd van twee jaar, en bijzondere voorwaarden voor reclassering. De vordering tot tenuitvoerlegging van een eerdere voorwaardelijke straf is afgewezen, maar de proeftijd is met een jaar verlengd. Het hof heeft de verdachte een laatste kans gegeven om haar leven te verbeteren buiten de muren van de gevangenis.