Uitspraak
1.GOTCHA B.V.,
EIVISSA AMSTERDAM B.V.,
1.[geïntimeerde 1] ,
[geïntimeerde 2],
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van Gotcha B.V. en Eivissa Amsterdam B.V. tegen een vonnis van de rechtbank Amsterdam. De appellanten, Gotcha c.s., zijn op 1 december 2015 in hoger beroep gekomen van een eerder vonnis dat op 2 september 2015 was gewezen. De zaak is op de rol van 2 februari 2016 aangebracht, waarbij tegen de geïntimeerden verstek is verleend. Gotcha c.s. kregen een termijn voor het indienen van een memorie van grieven, maar hebben deze termijn niet benut. Na een verlenging van de termijn hebben zij op 29 maart 2016 opnieuw niet van grieven gediend, waarna de zaak ambtshalve is geroyeerd. Op 15 november 2016 hebben Gotcha c.s. de procedure hervat en een memorie van grieven ingediend, waarop de geïntimeerden verweer hebben gevoerd en een incidentele vordering hebben ingediend om Gotcha c.s. niet-ontvankelijk te verklaren in het hoger beroep. Het hof heeft de incidentele vordering van de geïntimeerden afgewezen en de zaak naar de rol verwezen voor het nemen van een memorie van antwoord door de geïntimeerden. De beslissing over de proceskosten is aangehouden tot het eindarrest in de hoofdzaak.