ECLI:NL:GHAMS:2016:5782

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
21 december 2016
Publicatiedatum
9 februari 2017
Zaaknummer
15/800469-16
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beoordeling van voorlopige hechtenis en verzoek tot schorsing in hoger beroep

In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 21 december 2016 uitspraak gedaan in het hoger beroep van een beschikking van de rechtbank Noord-Holland, locatie Alkmaar, die op 16 november 2016 was gegeven. De verdachte, geboren in 1963 en thans verblijvende in het huis van bewaring PI Noord Holland Noord - HvB Zwaag, had hoger beroep ingesteld tegen de beschikking die hem in voorlopige hechtenis had genomen. Het hof heeft kennisgenomen van de relevante stukken en heeft zowel de advocaat-generaal als de verdachte, bijgestaan door zijn raadsman, gehoord.

Het hof heeft de beschikking waarvan beroep beoordeeld en is tot de conclusie gekomen dat deze in stand kan blijven. De verdachte had verzocht om schorsing van de voorlopige hechtenis, maar het hof oordeelde dat er sprake was van een zeer ernstig feit en een geschokte rechtsorde. Het hof erkende dat de financiële omstandigheden van de verdachte mogelijk een bijzondere persoonlijke omstandigheid zouden kunnen zijn, maar oordeelde dat de onderbouwing van dit verzoek onvoldoende was. Bovendien was het reclasseringsrapport nog niet afgerond, waardoor het hof deze informatie niet kon meenemen in zijn beslissing.

Uiteindelijk heeft het hof het beroep tegen de beschikking afgewezen, evenals het verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis. Deze beslissing is genomen in raadkamer door de voorzitter en twee raadsheren, met de griffier aanwezig. De advocaat-generaal heeft de beschikking ter kennis van de verdachte gebracht.

Uitspraak

15-800469-16
GERECHTSHOF AMSTERDAM,
MEERVOUDIGE STRAFKAMER, RAADKAMER
BESCHIKKINGin raadkamer op het hoger beroep in de zaak van
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1963,
volgens eigen opgave wonend en ingeschreven op het [adres],
thans verblijvende in het huis van bewaring PI Noord Holland Noord - HvB Zwaag te Zwaag,
tegen de beschikking van de rechtbank Noord-Holland, locatie Alkmaar van 16 november 2016, voor zover houdende bevel tot zijn gevangenhouding.

De feiten en de rechtsgang

Het hof heeft kennisgenomen van de akte van de griffier van de rechtbank Noord-Holland, locatie Alkmaar van 18 november 2016, waarbij namens de verdachte hoger beroep is ingesteld van voormelde beschikking van die rechtbank.
Het hof heeft gezien de beschikking waarvan beroep en heeft kennisgenomen van de stukken betrekking hebbend op de voorlopige hechtenis van de verdachte en heeft gehoord de advocaat-generaal en de verdachte, bijgestaan door diens raadsman mr. [naam].

De beoordeling

Het hof verenigt zich met de beschikking waarvan beroep, voor zover aan het oordeel van het hof onderworpen, en de gronden waarop deze berust.
Met betrekking tot het door de verdachte mondeling gedane verzoek tot schorsing overweegt het hof dat er sprake is van een zeer ernstig feit en een geschokte rechtsorde. Onder die omstandigheden kan van een schorsing alleen sprake zijn als zich zeer bijzondere persoonlijke omstandigheden voordoen. Hoewel het hof zich realiseert dat de noodzaak tot het op orde brengen van zijn zeer slechte financiële omstandigheden en daarmee het mogelijk behouden van woonruimte voor zijn gezin zo een omstandigheid zou kunnen zijn, is op basis van de overgelegde stukken onvoldoende feitelijk onderbouwd hoe dat op orde brengen door de verdachte vorm zou moeten krijgen. Daarbij komt dat op dit moment het op handen zijnde reclasseringsrapport nog niet is afgerond. Het hof kan de daarin opgenomen informatie dus ook niet bij zijn beslissing kan betrekken. Om die reden zal het hof het verzoek van de verdachte afwijzen.
15-800469-16

De beslissing

Het hof:
WIJST AF het beroep tegen de bestreden beschikking, voor zover aan het oordeel van het hof onderworpen.
WIJST AF het verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis.
Deze beschikking is gegeven op 21 december 2016 in raadkamer van dit hof door
mr. M.J.G.B. Heutink, voorzitter,
mrs. J.L. Bruinsma en T. de Bont, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. A.F. van der Heide als griffier.
De advocaat-generaal bij dit gerechtshof brengt vorenstaande beschikking ter kennis van de verdachte.
Amsterdam, 21 december 2016,
de advocaat-generaal