Het totaal aantal uren op grond van deze opsomming bedraagt 50 uren.
[X] heeft als productie 19 bij voornoemde conclusie een “overzicht data [land 2] interviewees” overgelegd, dat elf namen bevat. [X] heeft, gezien de betwisting door [appellante] dat werkzaamheden in [land 2] hebben plaatsgevonden, onvoldoende toegelicht dat met de selectie van de kandidaten en uitnodiging van de geselecteerde kandidaten 11,5 uren is gemoeid. Niet duidelijk is gemaakt de reden waarom [B] naar [plaats 2] ( [land 2] ) is gereisd om de advertentie te plaatsen in plaats van dat digitaal of per post te doen. De gestelde training en de gevoerde sollicitatiegesprekken zijn, gezien de betwisting door [appellante] dat deze hebben plaatsgevonden, niet feitelijk en concreet onderbouwd.
Ten aanzien van de interviews op [land 1] stelt [X] dat [B] 16 uren heeft besteed aan de kandidaat [C] . [X] stelt omtrent haar het volgende: “Uit de verklaring van [C] (productie 17 (…)) blijkt dat betreffende [C] aan de recruiting, waaronder sollicitatiegesprek, try-out, advies omtrent wel of niet aannemen van [C] , bezoek aan een andere nailstylist, etc., door [B] namens [Y] aan [appellante] diensten zijn verleend op verzoek van [appellante] , waaraan door [B] zestien uren zijn besteed.”
[X] heeft niet voldoende duidelijk gemaakt dat [B] op [land 1] 23 uur met recruitmentwerkzaamheden bezig is geweest. De uren die [B] blijkens het betoog van [X] aanwezig is geweest bij het proefdraaien door [C] in de salon van [appellante] en andere activiteiten kunnen niet in rekening worden gebracht bij [appellante] , nu niet is toegelicht waarom de aanwezigheid van [B] als recruiter bij deze activiteiten noodzakelijk was. [X] heeft verder niet feitelijk en concreet toegelicht hoeveel uren [B] daadwerkelijk heeft besteed aan recruitment-werkzaamheden, bestaande uit door [X] genoemde sollicitatiegesprekken en adviezen omtrent wel of niet aannemen van de drie kandidaten, op [land 1] .
Gezien het vorenstaande, in onderling verband en samenhang beschouwd, heeft [X] haar stelling dat [B] 50 uren aan recruitmentwerkzaamheden voor [appellante] heeft besteed als niet (voldoende) concreet en feitelijk toegelicht. Aan het beroep van [X] op art. 1.12 van de algemene voorwaarden wordt reeds daarom niet toegekomen.