ECLI:NL:GHAMS:2016:4870
Gerechtshof Amsterdam
- Raadkamer
- F.A. Hartsuiker
- J.L. Bruinsma
- J.H. Wesselink
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen afwijzing vordering tot gevangenhouding wegens verdenking van gewoontewitwassen
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 23 november 2016 uitspraak gedaan in het hoger beroep van de officier van justitie tegen de beschikking van de rechtbank Amsterdam van 17 oktober 2016. De rechtbank had de vordering tot gevangenhouding van de verdachte afgewezen. De verdachte, geboren in Suriname in 1971, werd verdacht van gewoontewitwassen. Het hof heeft kennisgenomen van de relevante stukken en heeft de advocaat-generaal en de verdachte, bijgestaan door zijn raadsman mr. E.G.S. Roethof, gehoord.
Het hof oordeelde dat er ernstige bezwaren waren tegen de verdachte, gezien het hoge geldbedrag dat was aangetroffen, de manier waarop de activiteiten waren georganiseerd en het ontbreken van legale inkomsten. De verdachte kon geen alternatieve verklaring geven voor zijn handelen. Gezien de eerdere veroordeling van de verdachte, concludeerde het hof dat er een concreet herhalingsgevaar bestond, wat leidde tot de conclusie dat voorlopige hechtenis gerechtvaardigd was.
De beslissing van het hof was om de beschikking van de rechtbank te vernietigen en de vordering tot gevangenhouding van de verdachte voor de duur van 90 dagen toe te wijzen. Deze beschikking werd gegeven in raadkamer, waarbij de voorzitter mr. F.A. Hartsuiker en de raadsheren mrs. J.L. Bruinsma en J.H. Wesselink aanwezig waren, met mr. S.A.M. Borg als griffier. De advocaat-generaal bracht de beschikking ter kennis van de verdachte.