ECLI:NL:GHAMS:2016:3434
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- A.D.R.M. Boumans
- F.J.P.M. Haas
- A.A. van Berge
- Rechtspraak.nl
Klacht tegen een notaris inzake het opmaken van een akte van verdeling van een erfenis
In deze zaak gaat het om een klacht van een klager tegen een notaris. De klager verwijt de notaris dat hij heeft nagelaten om een akte van verdeling op te maken met betrekking tot de erfenis van zijn vader. De klacht is behandeld door het Gerechtshof Amsterdam, dat op 23 augustus 2016 uitspraak deed. De klager had eerder, op 15 maart 2016, een tussenbeslissing ontvangen waarin de feiten en standpunten van partijen werden weergegeven. Tijdens de zitting op 9 juni 2016 hebben zowel de klager als de notaris hun standpunten toegelicht aan de hand van pleitnota's.
Het hof heeft de klacht van de klager ongegrond verklaard. De kern van de klacht was dat de notaris niet tijdig een akte van verdeling had opgemaakt, ondanks dat er overeenstemming bestond over de erfdelen van de nalatenschap. Het hof oordeelde dat de notaris niet tuchtrechtelijk verwijtbaar was, omdat hij niet kon voorzien dat de verhoudingen tussen de klager en zijn zuster zo snel zouden verslechteren. De notaris had weliswaar enige dagen na de overeenstemming van 25 februari 2014 van de zuster vernomen dat zij verdere medewerking weigerde, maar het hof vond dat de notaris niet had hoeven verwachten dat de situatie zo snel zou verslechteren.
De beslissing van de kamer werd door het hof bevestigd, en de klager werd niet-ontvankelijk verklaard in zijn verzoek om schadevergoeding. Het hof concludeerde dat de notaris niet in gebreke was gebleven en dat de klacht ongegrond was. De uitspraak werd openbaar uitgesproken door de rolraadsheer op 23 augustus 2016.