ECLI:NL:GHAMS:2016:2178

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
8 juni 2016
Publicatiedatum
9 juni 2016
Zaaknummer
23-000578-16
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Herziening van een strafzaak met betrekking tot cocaïnehandel en vrijspraak van de verdachte

In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 7 juni 2016 uitspraak gedaan na een verwijzing door de Hoge Raad der Nederlanden. De zaak betreft een herziening van een eerder vonnis van de politierechter in de rechtbank Haarlem, waarin de verdachte was veroordeeld tot een gevangenisstraf van 9 maanden voor het opzettelijk binnenbrengen van cocaïne in Nederland. De Hoge Raad had op 24 november 2015 de aanvraag tot herziening van de verdachte gegrond verklaard en de zaak naar het gerechtshof verwezen voor herbehandeling.

Tijdens de zitting op 24 mei 2016 heeft het hof de vordering van de advocaat-generaal gehoord, die pleitte voor vrijspraak van de verdachte. Het hof heeft vastgesteld dat de persoon die op 2 juli 2010 door de politierechter was veroordeeld, niet dezelfde persoon is als de verdachte in deze zaak. Dit leidde tot de conclusie dat de identiteit van de verdachte was misbruikt en dat het vonnis ten onrechte op haar naam was gesteld.

Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en de verdachte vrijgesproken van de tenlastegelegde feiten. Tevens is gelast tot teruggave van een in beslag genomen geldkist aan de rechthebbende. Het arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, met de ondertekening van de griffier.

Uitspraak

parketnummer: 23-000578-16
datum uitspraak: 7 juni 2016
TEGENSPRAAK (gemachtigd raadsman)
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen - na verwijzing door de Hoge Raad der Nederlanden bij arrest van 24 november 2015 - op het in kracht van gewijsde gegane vonnis van de politierechter in de rechtbank Haarlem van 2 juli 2010 in de strafzaak onder parketnummer 15-800432-10 tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats 1] (Suriname) op [geboortedag] 1988,
thans zonder bekende woon- of verblijfplaats hier te lande.

Procesgang

De politierechter in de rechtbank Haarlem heeft de verdachte ter zake van het tenlastegelegde veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 9 maanden, met aftrek van de tijd die de verdachte in voorarrest heeft doorgebracht.
De Hoge Raad der Nederlanden heeft bij arrest van 24 november 2015 een aanvraag, die op 6 mei 2014 was ingediend door verdachte [verdachte] tot herziening van voormeld in kracht van gewijsde gegane vonnis van 2 juli 2010, gegrond verklaard en de zaak naar het gerechtshof Amsterdam verwezen teneinde deze opnieuw te berechten en af te doen.

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen, na verwijzing, naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van dit hof van 24 mei 2016 en met inachtneming van het arrest van de Hoge Raad van 24 november 2015.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, inhoudende dat de verdachte zal worden vrijgesproken, en van hetgeen door de raadsman naar voren is gebracht.

Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
zij op of omstreeks 29 maart 2010 te Schiphol, gemeente Haarlemmermeer, opzettelijk binnen het grondgebied van Nederland heeft gebracht een hoeveelheid van een materiaal bevattende cocaïne, zijnde cocaïne een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst 1, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet, althans bevattende een (ander) middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst 1, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet; art 2 ahf/ond A Opiumwet art 10 lid 5 Opiumwet.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zal het hof deze verbeterd lezen. De verdachte wordt daardoor niet in de verdediging geschaad.

Vonnis waarvan beroep

Het vonnis waarvan beroep zal worden vernietigd, omdat het hof tot een andere beslissing komt dan de politierechter.

Vrijspraak

Naar het oordeel van het hof is niet wettig en overtuigend bewezen hetgeen de verdachte is ten laste gelegd, zodat de verdachte hiervan moet worden vrijgesproken.
Het hof overweegt daartoe als volgt.
Uit het dossier blijkt dat de persoon die op 2 juli 2010 door de politierechter in de rechtbank Haarlem in de strafzaak met parketnummer 15-800432-10 is veroordeeld niet dezelfde persoon is als [verdachte] , geboren te [geboorteplaats 1] (Suriname) op [geboortedag] 1988, en die persoon klaarblijkelijk de identiteit van [verdachte] heeft gebruikt. Hieruit volgt dat [verdachte] niet de vrouw is die op 29 maart 2010 te Schiphol is aangehouden voor het in bezit hebben van drugs en dat het vonnis van de politierechter in de rechtbank Haarlem van 2 juli 2010 ten onrechte op naam van [verdachte] is gesteld.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart niet bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Gelast de
teruggave aan de rechthebbendevan het in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerp, te weten: 1.00 stk Geldkist (1 x EUR 5).
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. M. Iedema, mr. A.E. Kleene-Krom en mr. M. Gonggrijp-van Mourik, in tegenwoordigheid van mr. L.M. Schoutsen, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 7 juni 2016.
mr. M. Gonggrijp-van Mourik is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.
=========================================================================
[....]