ECLI:NL:GHAMS:2015:664
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- D.J. van der Kwaak
- A.M.A. Verscheure
- S.F. Schütz
- Rechtspraak.nl
Begroting van door UWV aan werknemer verschuldigde schadevergoeding na ten onrechte verleende ontslagvergunning
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 3 maart 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep over de begroting van de schadevergoeding die het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) aan een werknemer verschuldigd is na een onterecht verleende ontslagvergunning. De zaak is een vervolg op een eerder tussenarrest van 10 december 2013. Het hof heeft in het tussenarrest overwogen dat bij de schadeberekening rekening gehouden moet worden met de kans dat de arbeidsovereenkomst vier jaar na de opzegdatum zou zijn geëindigd. De werknemer, aangeduid als [geïntimeerde], heeft in zijn akte na tussenarrest betoogd dat de schade over een periode van zes jaar berekend moet worden, maar het hof heeft deze stelling verworpen. Het hof heeft de schadevergoeding vastgesteld op een totaalbedrag van € 42.744,13 netto, inclusief wettelijke rente over bepaalde bedragen. Daarnaast zijn de kosten voor de ingeschakelde deskundige en buitengerechtelijke kosten toegewezen aan de werknemer. Het hof heeft de eerdere vonnissen van de rechtbank vernietigd en het UWV veroordeeld tot betaling van de schadevergoeding en de proceskosten. De uitspraak is openbaar uitgesproken door de rolraadsheer op dezelfde datum.