ECLI:NL:GHAMS:2015:5743

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
8 juli 2015
Publicatiedatum
12 april 2016
Zaaknummer
13/669102-15
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Raadkamer
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd

Hoger beroep tegen bevel gevangenhouding met recidivegevaar en onderzoeksgrond

In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen een bevel tot gevangenhouding van de verdachte, die eerder is veroordeeld voor een Opiumwet-gerelateerd feit. De verdachte, geboren in Marokko in 1983 en momenteel verblijvende in het huis van bewaring Nieuwegein, heeft hoger beroep ingesteld tegen de beschikking van de rechtbank Amsterdam van 15 juni 2015. Het Gerechtshof Amsterdam heeft kennisgenomen van de relevante stukken en heeft zowel de advocaat-generaal als de verdachte gehoord, bijgestaan door zijn raadsman, mr. R.M.G. Sussenbach.

Het hof heeft de beschikking van de rechtbank beoordeeld en is van mening dat er voldoende ernstige bezwaren zijn tegen de verdachte, die betrokken is bij voorbereidingshandelingen van een drugsgerelateerde ripdeal en verboden wapenbezit. Gezien de aard en ernst van de feiten, en het recidivegevaar, is het hof van oordeel dat de kans groot is dat de verdachte opnieuw een misdrijf zal begaan dat de gezondheid of veiligheid van anderen in gevaar kan brengen.

Daarnaast heeft het hof geoordeeld dat de onderzoeksgrond voor de voorlopige hechtenis gehandhaafd blijft, omdat de advocaat-generaal heeft aangetoond dat er nog onderzoekshandelingen plaatsvinden die de voortzetting van de voorlopige hechtenis rechtvaardigen. Het hof heeft daarom besloten het verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis af te wijzen. De beschikking is gegeven op 8 juli 2015 door de meervoudige strafkamer van het Gerechtshof Amsterdam.

Uitspraak

13/669102-15
GERECHTSHOF AMSTERDAM,
MEERVOUDIGE STRAFKAMER, RAADKAMER
BESCHIKKINGin raadkamer op het hoger beroep in de zaak van
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] (Marokko) op [geboortedag] 1983,
wonende te [adres],
thans verblijvende in het huis van bewaring Nieuwegein te Nieuwegein,
tegen de beschikking van de rechtbank te Amsterdam van 15 juni 2015, houdende bevel tot zijn gevangenhouding.

De feiten en de rechtsgang

Het hof heeft kennis genomen van de akte van de griffier van de rechtbank te Amsterdam van 18 juni 2015, waarbij namens de verdachte hoger beroep is ingesteld van voormelde beschikking van die rechtbank.
Het hof heeft gezien de beschikking waarvan beroep en heeft kennis genomen van de stukken betrekking hebbend op de voorlopige hechtenis van de verdachte en heeft gehoord de advocaat-generaal en de verdachte, bijgestaan door diens raadsman mr. R.M.G. Sussenbach.

De beoordeling

Het hof verenigt zich met de beschikking waarvan beroep en de gronden waarop deze berust.
Gelet op de inhoud van het dossier en de omstandigheden waaronder de verdachte is aangehouden, acht het hof voldoende ernstige bezwaren aanwezig voor beide feiten, vermeld op het bevel inbewaringstelling.
Vanwege de aard en de ernst van deze feiten - voorbereidingshandelingen van een drugsgerelateerde ripdeal en verboden wapenbezit – en nu de verdachte in het verleden veroordeeld is ter zake van een Opiumwet-gerelateerd feit, is het hof van oordeel dat er ernstig rekening mee moet worden gehouden dat de verdachte een misdrijf zal begaan waardoor de gezondheid of veiligheid van personen in gevaar kan worden gebracht.
Met betrekking tot de onderzoeksgrond overweegt het hof dat deze gehandhaafd blijft, nu de advocaat-generaal aannemelijk heeft gemaakt dat nog onderzoekshandelingen worden verricht waarvoor continuering van de voorlopige hechtenis is vereist.
Gelet op het voorgaande acht het hof geen termen aanwezig de voorlopige hechtenis van de verdachte te schorsen.
13/669102-15

De beslissing

Het hof:
WIJST AF het beroep tegen de bestreden beschikking.
WIJST AF het verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis.
Deze beschikking is gegeven op 8 juli 2015 in raadkamer van dit hof door
mr. J.L. Bruinsma, voorzitter,
mrs. M.J.G.B. Heutink en H.A. Marquart Scholtz, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. S.A.M. Borg als griffier.
De advocaat-generaal bij dit gerechtshof brengt vorenstaande beschikking ter kennis van de verdachte.
Amsterdam, 8 juli 2015,
de advocaat-generaal